Het
dramatische bombardement van 14 mei 1940 maakte een einde aan het
markante halfronde stationsgebouw van het Hofpleinstation De perrons,
de spoorviaducten en de overkapping bleven weliswaar overeind, maar
met name de perronoverkapping zal toch wel de nodige schade hebben
opgelopen.
In de eerste jaren na de oorlog werd het station provisorisch hersteld,
zoals dit in die tijd bij zoveel stations gebeurde. Het herstel van
de spoorlijnen en het opnieuw opstarten van de treindiensten had immers
de hoogste prioriteit.
Vanaf het midden van de jaren vijftig begon men met de herbouw van
het Hofpleinstation. Architect van deze herbouw was S. van Ravesteyn,
die ook alle overige Rotterdamse stations uit de wederopbouwperiode
ontwierp. Ondanks het feit dat het station voor een behoorlijk deel
overeind was blijven staan, kreeg het uiterlijk een geheel ander,
soberder aanzien. Het enige wat -min of meer- ongewijzigd bleef waren
het spoorviaduct, de betonnen onderbouw van het station en het noordelijke
deel van het stationsgebouw aan de perronzijde. Het emplacement ging
volledig op de schop Het aantal sporen werd rigoureus teruggebracht.
Er bleven uiteindelijk slechts twee perronsporen over en één
breed perron. De oude perronoverkapping werd gesloopt en vervangen
door een eenvoudige kap op het enige nog overgebleven perron. De kap
heeft een lichte V-vorm en een opvallende zwaluwstaartachtige knik
aan het uiteinde.
Het sluitstuk van deze herbouw vormde het nieuwe stationsgebouw dat
in 1956 gereed kwam. Geen halfrond gebouw dit keer, maar een eenvoudige
rechthoekige doos. Het deed in veel opzichten denken aan een sterk
vereenvoudigde versie van het Centraal Station, dat op dat moment
overigens nog in aanbouw was. Zo had dit gebouw ook een grote glazen
voorgevel en ook de neonletters op het dak en het grote uurwerk waren
in dezelfde stijl als het naburige CS.
De benaming "stationsgebouw" was hier eigenlijk niet op
zijn plaats, het was namelijk alleen maar een (veel te) grote hal
met wat informatiepanelen een tunneltje naar het perron. Ondanks de
simpele opzet heeft Van Ravesteyn het gebouw met veel aandacht voor
detail ontworpen. Zo was de toegang naar het perron omlijst met licht
marmer en werd gebruikgemaakt van gele en rode bakstenen. Het cassetteplafond
was met witte, gele en blauwe vlakken kleurrijk. De pilaren achter
de glazen voorgevel waren blauw van kleur.
Het naoorlogse stationsgebouw was dus in geen enkel opzicht meer te
vergelijken met het station van weleer. Toch heeft dit gebouw het
iets langer uitgehouden dan haar illustere voorganger, namelijk zo'n
33 jaar. Maar in al die jaren heeft het station een (letterlijk en
figuurlijk) bijna onzichtbaar bestaan geleid.
Dat had overigens meerdere oorzaken. Allereerst was er natuurlijk
de directe concurrentie van het nabijgelegen Centraal Station. Ook
het verleggen van het Hofplein heeft het station geen goed gedaan.
Wat ooit een bruisend middelpunt (maar óók één
van de grootste knelpunten) van de stad was werd nu een druk verkeersplein
met grote kantoorkolossen rondom. Het station belande nu aan een stil
pleintje aan het Couwenburg en leed een onopvallend bestaan. Tot overmaat
van ramp werd in het midden van de jaren zeventig het nieuwe Shell-kantoor
gebouwd, pal voor het stationsgebouw dat hierdoor praktisch onvindbaar
werd.
De aanleg van de Willemsspoortunnel betekende het definitieve einde
van het stationsgebouw, dat eigenlijk al geen enkele toegevoegde waarde
meer had. In de zomer van 1990 werd het gesloopt. Ook het nog resterende
deel van de perronbebouwing, het laatste -nog overgebleven- deel van
het stationsgebouw uit 1908, ging tegen te vlakte. Het deel van het
station dat overbleef raakte steeds verder in verval en werd een mistroostig
verloederde plek, waar je liever niet kwam als je er niet hoefde te
zijn (ik kan het weten ). De winderige stalen loopbrug, die tot
voor enige jaren geleden de "toegang" tot het station vormde,
droeg ook al niet positief bij aan de uitstraling van het geheel
Boven:
Het tweede stationsgebouw van het station Hofplein. Het leek wel
een beetje
op dat van het Centraal Station, maar dan veel eenvoudiger. Het
gebouw leek op het
eerste gezicht indrukwekkend, maar was eigenlijk niets meer dan
een (te) grote hal.
Onder:
Een veel te grote hal, een enorme wandklok met daaronder een smalle
door-
gang naar het perron , that's all! Desondanks had Van Ravesteyn
het gebouw met
veel aandacht voor detail ontworpen, al is dit op een zwart-wit
foto natuurlijk niet zo
goed te zien...
Onder:
In 1956 kreeg station Hofplein een nieuwe perronkap. Op deze foto
zijn de
oude en de nieuwe perronoverkapping nog samen te zien. Het laatste
resterende deel
van de oude overkapping, rechts op de foto, zou spoedig hierna worden
gesloopt.
Onder:
Een ansichtkaart van het naoorlogse Hofplein met de grote fontein
(in Rotterdam
ook wel de "Flipspuit" genoemd). Het stationsgebouw (rechts)
werd hier al nadrukkelijk
naar de achtergrond verwezen. Het zou in de jaren daarna alleen
maar erger worden...
Onder
Na de sloop van het stationsgebouw vormde deze winderige voetgangersbrug
de toegang tot het verwaarloosde perron. Enkele maanden nadat het
Hofpleinstation
werd afgesloten (Randstadrail maakt gebruik van een eigen, tijdelijk
perron) verdween
deze brug weer...
Onder:
In het midden van de jaren zeventig verrees het nieuwe Shell-kantoor,
pal voor
het Hofpleinstation. Het maakte het stationsgebouw praktisch onvindbaar.
Zelfs vanuit
de lucht viel het stationsgebouw nauwelijks meer op, zoals deze
foto laat zien...