Home ] Terug naar periode 1920-1940 ]Vorige station ] Volgende station ] [ Volgende pagina ]
   

 

NAARDEN-BUSSUM

   
Afkorting: Ndb
Maatschappij: Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij (HIJSM)
Architecten: H.G.J. Schelling (stationsgebouw)
  L.C. Westhoff (perrongebouwen en perronoverkapping)
Bouwjaren: 1917 (perrongebouwen en perronoverkapping)
1926 (stationsgebouw)
Status: Provinciaal monument
   
   

In deze tijd is een station waarin meerdere vormen van railvervoer samenkomen allang geen uitzondering meer, denk hierbij bijvoorbeeld aan de stations Duivendrecht, Schiedam Centrum, Rotterdam Blaak en de Amsterdamse stations Bijlmer, Holendrecht en Sloterdijk. Een jaar of zeventig jaar geleden was zo'n alles-in-één-station nog een zeldzaamheid. Het in 1939 geopende station Amsterdam Amstel was in die tijd dan ook ronduit revolutionair. Voor het eerst werden trein, tram, bus en taxi in één stationscomplex samengebracht en alom wordt dit station dan ook als allereerste ov-knooppunt beschouwd. Helemaal toen vanaf 1977 ook de metro's onder dezelfde overkapping en langs dezelfde eilandperrons van de treinen gingen stoppen. Toch was dat idee destijds bepaald niet nieuw. Ruim vijftig jaar tevoren werd in Bussum een nieuw station in gebruik genomen dat een combinatie was van een kopstation en parallelstation met lanssporen. Die langssporen waren ( en zijn uiteraard nog steeds…) bestemd voor het treinverkeer. Langs de kopsporen stopten vroeger de interlokale trams. In een (veel) later staduim werd op het vrij grote plein voor het stationsgebouw een busstation aangelegd. Was het Amstelstation eigenlijk wel het allereerste ov-knooppunt..?
Alhoewel het station de naam "Naarden-Bussum" draagt, staat het in z'n geheel in de gemeente Bussum. "Bussum-Naarden" had wellicht meer voor de hand gelegen, zeker omdat het dorp Bussum allang veel groter is dan de stad Naarden. Maar dit was in 1874, het jaar waarin het eerste station werd geopend, nog absoluut niet het geval, maar daarover later meer…
Het huidige station is officieel het tweede station, maar het heeft de facto het derde stationsgebouw. Er was dan ook sprake van een gefaseerde bouwgeschiedenis. Het eilandperron, de perrongebouwen en de overkapping kwamen al in 1917 gereed, maar door allerlei omstandigheden werd het stationsgebouw pas in de tweede helft van de jaren twintig in gebruik genomen. Het eerste stationsgebouw was echter al zo'n elf jaar tevoren gesloopt. Die tussenliggende periode werd overbrugd door middel van een tijdelijk stationsgebouw. Maar het eindresultaat mocht er absoluut wezen, al zal ongetwijfeld niet iedereen gecharmeerd zijn van die strakke blokvormen van het gebouw. Aan de buitenkant heeft het dan ook uitsluitend rechte lijnen en platte daken, en bestaat het gebouw vooral uit donkere baksteen. Daarmee contrasteert het behoorlijk met de perronbebouwing, dat veel lichter van kleur is. Want hoewel deze slechts negen jaar ouder is, lijkt deze uit een heel ander tijdperk te zijn. Stationsgebouw en perron lijken dan ook niet echt bij elkaar te passen, vooral vanaf het eilandperron is dit goed te zien. Maar aan de binnenkant sluiten de perrontunnel (eveneens uit 1917) en de hal juist naadloos op elkaar aan, zowel letterlijk als figuurlijk. De magnifieke hal, met haar vele glas-in-lood vensters, is dan ook veel minder somber dan de buitenkant van het gebouw doet vermoeden.
In de afgelopen jaren was het station meerdere malen het toneel van (langdurige) verbouwingen. Zo werd het stationsgebouw rond de laatste eeuwwisseling nog gerenoveerd en werd enige jaren geleden op de plaats van het vroegere tramstation een grote fietsenstalling gerealiseerd. Ook nu is een deel van het station een grote bouwput, al jaren overigens. Er worden liften geplaatst en op zich zou dit een niet al te moeilijke klus moeten zijn. De werkzaamheden zijn echter al eind 2010 begonnen, na een fikse vertraging overigens, en zoals de zaken er nu voorstaan zullen de liften er niet eerder dan in de herfst van 2013 staan. Het is misschien wel tekenend voor dit station, dat er immers ruim tien jaar over deed om in deze vorm tot stand te komen…

 

Boven: Het monumentale stationsgebouw -waarvan hier overigens maar een deel is te zien- maakt aan de buitenkant ogenschijnlijk een wat sombere indruk, en lang niet iedereen is ervan gecharmeerd. Dit verandert echter als men de hal binnentreedt (zie de foto hieronder). De hoge hal staat loodrecht op de sporen, een constructie die later ook bij de stations Amsterdam Amstel, het in 2007 gesloopte Arnhem en het huidige stationsgebouw van Sittard werd toegepast. Die "dwarse opstelling" werd bij dit station vooral bepaald door het vroegere tramstation, dat aan de noordelijke gevel was gelegen.
 
Onder: De stationshal, met haar vele glas-in-lood vensters en siermetselwerk komt vooral 's avonds goed tot haar recht, al geldt dit niet voor het grote centrale venster. De fraaie lichtarmaturen werden in de jaren zeventig aangebracht, maar waarschijnlijk zijn ze beduidend ouder. Ze passen evenwel goed in deze hal.
 
 
Onder: Op de kop van de perronkap staan de wapens van Naarden (links) en Bussum gebroederlijk naast elkaar. In het jaar dat de perronoverkapping gereed kwam (1917) bestond de gemeente Bussum precies 100 jaar, daarvoor was het een deel van Naarden. Of dit gegeven mee heeft gespeeld bij de bouw van de overkapping is niet bekend.
Onder: Het station werd in fasen gebouwd, gedurende een periode van zo'n twaalf(!) jaar. Het eilandperron met de perrongebouwen en de overkapping kwam al in 1917 gereed, het stationsgebouw pas negen jaar later. Qua bouwstijl lijkt de perronbebouwing duidelijk uit een ander tijdperk te zijn dan het stationsgebouw, maar dit geeft het station ontegenzeggelijk een geheel eigen karakter.
 
Onder: Aan de noordkant van het station staat het voormalige sein- en relaishuis post T. Het werd in het najaar van 1959 in dienst gesteld en verving toen alle tot dan toe nog bestaande seinhuizen rond station Naarden-Bussum. Tot ver in de jaren negentig werden van hieruit de seinen en wissels bediend, alsmede de overweg. Die overweg is één van de zeer weinige in ons land die nog met de hand worden bediend (de anderen liggen bij de stations Roermond en Zutphen), de bomen gaan overigens wel elektrisch op en neer. De bediening ervan vindt echter allang niet meer vanuit post T plaats, dit geschiedt op afstand vanuit Amersfoort. Toch heeft het voormalige seinhuis nog wel degelijk een functie; het relaishuis (nodig voor de aansturing van de overweg) is nog altijd in gebruik. Dit is 's avonds goed te zien, bij een gesloten overweg is er in het seinhuis ook nog een knipperend lampje te zien...

 

 

  Free counter and web stats versie: 4-03-2013