|
|
Het
stationsgebouw verbouwd
|
|
|
Voornaamste
verbouwingen: |
1968
(nieuwe
ingang, stationshal) |
1977
(vernieuwen
luchtbrug) |
1995-1996
|
(uitbreiding
stationsgebouw, nieuwe ingang, nieuwe luchtbrug, |
|
|
nieuwe
perrons + nieuwe perronoverkappingen) |
|
Architecten:
(verbouwing '96) |
J.
Bak |
C.M.
Laboyrie |
|
|
Het Woerdense station bleef tot ver in de
jaren zestig van de twintigste eeuw nagenoeg ongewijzigd. De belangrijkste
veranderingen tot die tijd waren de elektrificatie van de spoorlijnen
(respectievelijk in 1938, 1940 en 1950) en de modernisering van
de beveiliging aan het begin van de jaren zestig (waarbij tevens
een nieuwe seinpost op het emplacement werd gebouwd). Maar vanaf
de tweede helft van de jaren zestig veranderde dit. In 1968 werd
het stationsgebouw flink onder handen genomen, waarbij onder meer
de ingang en de stationshal werden vernieuwd. Hiertoe werd een groot
deel van het lage gedeelte van het gebouw gesloopt en vervangen
door een strak vormgegeven aanbouw. Deze bestond uit veel glas en
bovenop was een dik omrande luifel, dat tevens het dak van dit nieuwe
gedeelte was. Daarnaast werd de verlichting aangepast en werd de
verwarming gemoderniseerd. Ongetwijfeld waren de moderniseringen
een grote verbetering, maar het deed het aangezicht van het stationsgebouw
absoluut geen goed! Een -cosmetisch gezien- minder ingrijpende verbouwing
vond plaats in 1977. De perronbrug werd ditmaal onder handen genomen.
Bouwkundig verkeerde deze inmiddels niet meer in een al te beste
staat en bovendien waren er al diverse ruitjes gesneuveld of verdwenen.
Feitelijk bleef alleen het geraamte van de luchtbrug bewaard, dat
verkeerde nog wel in goede staat. De rest van de brug werd volledig
vernieuwd, waarbij overigens de vorm wel grotendeels behouden bleef.
Aan de buitenkant viel het verschil tussen de oude en de vernieuwde
brug dan ook niet echt op, afgezien dan van de grotere vensters.
Aan de binnenkant was dit echter wel anders. Het oude plafond met
de zichtbare spanten was verdwenen, er was nu een strakke gebogen
plafond voor in de plaats gekomen.
De meest ingrijpende verbouwing van het station vond plaats in de
periode 1995-2005. Om het station in de toekomst goed te laten functioneren
werden zowel het stationsgebouw als het hele spooremplacement flink
onder handen genomen. Deze ombouw werd in verschillende fasen uitgevoerd,
vandaar de vrij lange periode van ruim tien jaar. Tijdens de eerste
fase, tussen 1995 en 1996, werd het station zelf flink verbouwd.
Het stationsgebouw onderging een ware metamorfose, zowel van binnen
als van buiten. Feitelijk bleven alleen de buitenmuren overeind
staan, maar deze kregen wel een flinke opknapbeurt. De lelijke ingangsgevel
uit 1968 verdween. Tot zover het goede nieuws want hiervoor in de
plaats kwam een nog veel grotere uitbouw. Op die glazen uitbouw
zelf is eigenlijk helemaal niet zo veel aan te merken, als het daar
maar bij was gebleven. Dat begint al meteen bij de vernieuwde ingang,
waar een hoge wand van glassteen de voorgevel op een hinderlijke
manier domineert, ook al omdat dit gedeelte aanzienlijk hoger is
dan de rest van die moderne uitbreiding. Op het eerste gexicht maskeert
het in ieder geval wel de -hopelijk laatste- verminking die aan
het gebouw werd gepleegd, namelijk het uitbreken van die fraaie
en monumentale deurpartij. Handhaving van die deuren had ongetwijfeld
een bottleneck in de reizigersstroom opgeleverd, maar eeuwig zonde
blijft het wel. Het grote ronde dak is daarentegen op de één
of andere manier wel weer aanvaardbaar. Voor zover daar natuurlijk
sprake van is. Smaken verschillen nu eenmaal, maar persoonlijk ben
-en blijf- ik geen voorstander van het plaatsen van moderne aanbouwen
tegen historische gebouwen. De twee ingangen zijn in de zijkanten
van de hoge uitbouw, mijns inziens een geslaagde knipoog naar het
verleden. Maar helaas is die knipoog ook weer een beetje doorgeschoten,
want helemaal aan de rechterkant van de glazen voorbouw staat een
roestvrij stalen torentje.
De binnenkant onderging eveneens flinke verbouwingen. Zo kwam er
een nieuwe en grotere hal, dankzij de genoemde uitbouw. De oude
trap naar de loopbrug verdween, hiervoor kwam een nieuwe trap die
aanzienlijk breder is. De twee lantaarns, die vroeger aan weerszijden
van de oude trap stonden, bleven bewaard. Deze werden opgeknapt
en kregen zelfs nieuwe bollen. Ze kregen nu een nieuw plekje aan
weerszijden van de doorgang (de vroegere uitgang). Het interieur
werd dus duidelijk niet alleen vernieuwd. Zo werd ook het plafond
boven de trap verwijderd, waardoor nu voor het eerst de fraaie dakconstructie
zichtbaar werd. Ook bleven enkele fraaie glas-in-lood vensters bewaard.
In de zomer van 1996 werd het gerenoveerde stationsgebouw weer in
gebruik genomen. De verbouwing van het station was toen echter nog
lang niet afgerond...
|
|
|
|
Boven:
In 1968 werd de voorgevel voor de eerste keer vernieuwd. De oude
ingang werd gesloopt en vervangen door een nieuwe ingangspartij.
De stijl past bij die tijd, alleen niet bij het gebouw. Het deed
het aangezicht dan ook geen goed. Op die dikomrande luifel prijkt
het -destijds- gloednieuwe NS-logo. Woerden was één
van de eerste stations waarop dit nieuwe vignet werd aangebracht.
Niet geheel toevallig overigens, want de spoorlijn Utrecht-Leiden
werd in datzelfde jaar aangewezen als "proefbedrijf".
Op dit traject werd de nieuwe huisstijl als eerste ingevoerd,
inclusief de allereerste treinstellen in de bekende gele kleur.
|
|
|
Onder:
Het stationsgebouw zoals het er nu bij staat. Zonder die hoge
wand van ondoorzichtig glas en dat rare torentje had die uitbouw
er op zich best nog wel aardig uit kunnen zien, maar helaas
Deze uitbreiding was overigens een ontwerp van architect C.M.
Laboyrie, die ook het station Utrecht Overvecht ontwierp. Ook
station Gouda Goverwelle is ontwerp van haar.
|
|
|
|
|
|
|
Onder:
De stationshal, zoals deze er aan het begin van de jaren zeventig
uitzag. Een wat kille en sfeerloze ruimte, zelfs voor die tijd.
Dat er in die tijd voor de aankleding van stationsruimten absoluut
geen cent méér werd uitgegeven dan strikt noodzakelijk
werd geacht is hier wel duidelijk...
|
Onder:
De traverse, zoals deze er in de nadagen van haar bestaan uitzag.
Na de verbouwing in 1977 leek de luchtbrug wat smaller, maar dat
was -gelukkig- gezichtsbedrog. Vergelijk deze situatie met die
van voor 1977,
zie hiervoor de vorige pagina.
|
|
|
|
|
Onder:
Vanaf de overloop een blik op de trap en het vroegere stationsrestaurant,
vlak vóór de verbouwing in 1995. Destijds ging de
fraaie dakconstructie schuil achter een systeemplafond. Ook is
goed te zien dat de trap, de luchtbrug én de doorgang daartussenin
veel smaller zijn dan tegenwoordig. De afbeelding is een krantenfoto,
vandaar de wat mindere kwaliteit...
|
Onder:
De toegang naar de trap en de luchtbrug naar de perrons. Ooit
was hier een fraai omlijste dubbele deur, maar het geheel ontkwam
helaas niet aan de slopershamer. De twee lantaarns, die vroeger
aan weerszijden van de (destijds veel smallere) trap stonden zijn
gelukkig wel bewaard gebleven.
|
|
|
|
|
|
Onder:
Decennialang ging deze bijzonder fraaie dakconstructie schuil
achter (of: boven) een plafond, maar dankzij de laatste verbouwing
is deze nu zichtbaar...
|
Onder:
Jammer dat dit glas-in-lood venster grotendeels aan het oog wordt
onttrokken door een moderne balustrade...
|
|
|
|
|
|
versie: 30-07-2011 |