| |
WIERDEN
Afkorting: | Wdn |
|
Maatschappij: | Nederlandse
Spoorwegen (NS) | Type: | Standaardtype
Douma | Architect: | C.
Douma | Decoratie: | J.
Gierveld | Bouwjaar:
| 1965 |
Verbouwd: | 2001,
2015 | | |
| |
In 1964
werd een nieuw type standaardstationsgebouw geïntroduceerd, dat voortborduurde
op het standaardontwerp van W.B. Kloos. De eerste twee exemplaren werden in Zuid
Limburg gebouwd, in Bunde en Geleen Oost. Ruim een jaar later volgde station Wierden.
Opmerkelijk; in de tussentijd werden de Noord Hollandse stations Bovenkarspel-Grootenbroek
en Hoogkarspel nog van een "oud" standaardgebouw voorzien. Vorige
maand (januari 2021) was het precies 140 jaar geleden dat de spoorlijn Zwolle-Almelo
in gebruik werd genomen en Wierden haar eerste station kreeg. Die spoorlijn was
destijds de eerste spoorverbinding die werd aangelegd in het kader van de "Derde
Staatsaanleg". Het eerste stationsgebouw van Wierden leek sterk op het -nog
altijd bestaande- stationsgebouw van Heino, maar was wel beduidend groter. Het
bestond uit een laag stationsgedeelte, met haaks daarop de stationswoning. Het
zadeldak was aan de drie uiteinden (aan de zijgevel en de twee topgevels) voorzien
van fraai, decoratief houtsnijwerk. Wie het gebouw ooit ontwierp is officieel
niet bekend, maar zeer waarschijnlijk was dit M.A. van Wadenoijen. Het station
werd al na zeven jaar uitgebreid. In 1888 kwam namelijk het laatste deel van de
lokaalspoorlijn tussen Apeldoorn en Almelo gereed. Een jaar eerder was al het
gedeelte tussen Apeldoorn en Deventer in gebruik genomen, nu was ook het laatste
gedeelte -via Holten en Rijssen- gebruiksklaar. Aanvankelijk sloot deze spoorverbinding
niet letterlijk in Wierden aan, maar lag het als separaat spoor naast de al bestaande
lijn vanuit Zwolle. Uiteraard was dit vanwege de felle concurrentie tussen de
aartsvijanden HIJSM (die de nieuwe lokaalspoorlijn exploiteerde) en Staatsspoor.
Het station had in die tijd een vrij ongebruikelijk ogend emplacement; drie smalle
perrons met evenzoveel perronsporen. De spoorlijnen waren van groot belang voor
de sterk opkomende textielindustrie, die zich ook in Wierden zou gaan vestigen.
Het station groeide ondertussen ook in belang. De lokaalspoorlijn naar Deventer
en Apeldoorn werd al in 1892 gepromoveerd tot hoofdspoorweg en groeide vervolgens
uit tot de belangrijkste spoorverbinding van en naar Twente. Het emplacement van
station Wierden veranderde met enige regelmaat iets, maar de drie smalle perrons
zouden het opvallend lang uithouden. Pas aan het einde van de jaren veertig van
de twintigste eeuw kreeg het station de perronopstelling zoals die ook nu nog
bestaat. Het wijzigen van het emplacement was noodzakelijk vanwege de elektrificatie
van het spoor tussen Apeldoorn en Enschede, welke in 1951 werd voltooid. Ne
de Tweede Wereldoorlog werd Wierden steeds meer een forenzenplaats. Telde het
dorp in 1950 amper 4000 inwoners, inmiddels zijn dit er al meer dan 15.000. Wellicht
was die ontwikkeling mede de reden om het station in de jaren zestig van een modern
en efficiënt stationsgebouw te voorzien. Het was destijds het eerste stationsgebouw
aan de spoorlijn Zwolle-Almelo dat ten prooi viel aan de slopershamer. Later zouden
ook de andere gebouwen worden neergehaald, alleen het stationsgebouw van Heino
bleef dit lot bespaard. Zoals reeds aangegeven werd het nieuwe stationsgebouw
van Wierden een standaardgebouw, ontworpen door C. Douma. De eerste drie gebouwen
van dit type leken zeer sterk op elkaar, maar ten opzicht van de eerdere Limburgse
gebouwen waren in Wierden enkele wijzigingen doorgevoerd. De belangrijkste wijziging
was dat voor de buitenmuren lichte geglazuurde stenen werden gebruikt, voor zowel
de buiten- als de binnenmuren. Bij de stationsgebouwen in Bunde en Geleen Oost
werden deze uitsluitend voor de binnenmuren gebruikt. De buitenmuren hadden een
andere kleur. Het lijkt een aanwijzing dat er vanaf dat moment behoorlijk op het
bouwbudget zou worden beknibbeld. Een andere wijziging was het feit dat dit gebouw
wat hoger staat dan de twee eerdere exemplaren waardoor het een duidelijke voorloper
werd van de latere "p;int-gebouwen", waarvan de eerste trouwens al was
gerealiseerd. Wat wel bleef was het kunstwerk op het blinde en donkere geveldeel
aan de voorzijde van het gebouw, deze waren ook op de twee andere gebouwen te
zien. In Wierden is het een spoorwiel op een stuk rail, bedacht door J. Gierveld
en uitgevoerd in keramiek. Ten opzichte van de eerdere standaardgebouwen (van
W.B. Kloos, dus) zijn de verschillen aanzienlijk groter. De belangrijkste wijziging
is dat de basis van het gebouw niet meer uit betonnen liggers bestaat, maar uit
een staalskelet. Ook nieuw was de open doorgang naar het perron, waar geen in-
en uitgangscontrole meer was. Het stationsgebouw deed tot 1997 dienst, daarna
kwam het enige tijd leeg te staan. Kort na de eeuwwisseling kreeg het -inmiddels
voormalige- stationsgebouw haar eerste grote verbouwing. Het werd aan de rechterzijde
uitgebreid met een soort blokvormige aanbouw, waarvan de gevelbekleding opvallend
goed aansloot bij het donkere geveldeel. In 2015 werd het gebouw wederom uitgebreid,
nu werd het deel links van het genoemde geveldeel een flink stuk naar voren uitgebouwd.
Ditmaal deed de verbouwing een aanzienlijk grotere afbreuk aan het aangezicht
van het gebouw, niet in de laatste plaats omdat van de oorspronkelijke voorgevel
bijna niets meer overbleef. Het is daardoor extra jammer dat de twee Zuid-Limburgse
gebouwen zo roemloos aan hun einde kwamen
Het station zelf werd in 2011
trouwens ook nog verbouwd. Tot dan toe was het eilandperron uitsluitend via een
beveiligd overpad te bereiken. Deze werd vervangen door een onderdoorgang, welke
tevens van liften werd voorzien. Ook kreeg het station een toegang aan de noordzijde
en werd de overweg ten oosten van het station vervangen door een onderdoorgang.
Het gebied voor het station werd heringericht. In 2017 kwam de elektrificatie
van het spoor tussen Wierden en Zwolle gereed, waarmee een einde kwam aan de dieseltractie
bij de NS. Ook de NS verdween van deze spoorverbinding, de treindiensten worden
nu verzorgd door Blauwnet. .
| . Boven
en onder: Het huidige stationsgebouw zoals het er respectievelijk in 2007 (foto
boven) en 2015 (onder) uitzag. Aan het begin van deze eeuw werd het donkere gedeelte
aan de rechterkant gebouwd en in 2015 kreeg het gebouw een nieuwe, glazen voorgevel.
Met name bij die laatste verbouwing verloor het gebouw veel van haar karakter,
alleen de donkere wand met het keramische kunstwerk en het gedeelte rechts daarvan
zijn nog van het oorspronkelijke gebouw. Het voormalige stationsgebouw heeft al
sinds jaar en dag een horecafunctie
.
. Onder:
Ook aan de perronzijde is het gebouw allang niet meer in authentieke staat. Ook
hier werd het gebouw een stuk uitgebouwd. Het lichte gedeelte aan de rechterkant
(met de vensters) werd enige jaren geleden geplaatst. Het dichtgemaakte deel is
daarentegen wel origineel. Ook de geribbelde dakrand is inmiddels vervangen door
gladde beplating... .
| |
| | | | Onder:
Het eerste stationsgebouw van Wierden was een wat grotere versie van dat van Heino.
Afgezien van het wat grotere formaat was het belangrijkste verschil dat bij dit
gebouw het dak van de stationswoning wat hoger dan de rest van het gebouw was.
Oorspronkelijk was dat gebouw van fraai houtsnijwerk voorzien, op deze afbeelding
was deze reeds verdwenen. De hier zichtbare uitbouw is van later datum. Let ook
op de drie smalle perrons, met daartussen steeds slechts één spoor.
Deze nogal ongebruikelijke opstelling behield het station tot na de Tweede Wereldoorlog.
Aan het einde van de jaren veertig werden twee van de drie perrons vervangen door
één eilandperron, een opstelling die tot op de dag van vandaag bestaat
.
(Ansichtkaart) | Onder:
Het tweede stationsgebouw, zoals het er ooit uitzag (en naar mijn bescheiden mening
uit hoort te zien). Helemaal aan de linkerkant was de open doorgang naar de perrons.
Dan volgen de hal annex wachtruimte, het plaatskaartenkantoor, een ruimte voor
bagage, dienstruimten en toiletten. De borstweringen van dit gebouw zijn nog gemetseld,
in dit geval met witte geglazuurde handvormstenen, bij de latere gebouwen werden
deze van glas. Langs de voorgevel loopt een lange, gemetselde bloembak, rechts
van het donkere gedeelte is een kort laadperron te zien. Beide zaken zijn inmiddels
verdwenen... .
(Ansichtkaart) | | | | | Onder
(beide foto's): Het huidige "stationsgebouw" (foto links) is feitelijk
een overdekte toegang naar de perrontunnel en werd in 2011 gebouwd. De tunnel
is zowel via een trap als met een lift te bereiken. Die lift is links van de ingang
te zien. Dat een dergelijk formaat station met niveauverschillen van liften werd
voorzien was in een nog niet eens zo heel ver verleden ondenkbaar, maar daarin
wordt (terecht) een inhaalslag gemaakt. De opvallende, gele tunnel (foto rechts)
verving een met spoorbomen beveiligd overpad. In de tunnel is opvallende verlichting
aangebracht en op de wanden staan de namen van de zeven woonkernen van de gemeente
Wierden: Enter, Hoge Hexel, IJpelo, Notter, Rectum, Wierden en Zuna.De onderdoorgang
betekende tevens dat er aan de noordzijde een extra toegang kon worden gemaakt. .
| | | | | | | Onder:
De eerste drie stationsgebouwen van het type Standaard Douma hadden op het donkere
geveldeel aan de voorzijde een kunstwerk, gemaakt door een regionale kunstenaar.
Bij de inmiddels verdwenen stationsgebouwen van Bunde en Geleen Oost waren dit
respectievelijk Daan Wildschut en Gerard van Iersel. Voor het stationsgebouw van
Wierden bedacht Joep Gierveld een enorm spoorwiel op een stuk rail. De metalen
"strook" op de rail hoort niet bij het kunstwerk, maar is een bouwhek,
dat daar tijdens het maken van deze foto (16 mei 2015) stond. Een toevalstreffer,
die het plaatje nét wat completer maakt... .
| Onder:
Op het pleintje voor het stationsgebouw staan drie oorlogsmonumenten naast elkaar.
Het monument aan de linkerkant herinnerd aan de beschieting van een trein bij
het station, op Eerste Kerstdag 1944. In de trein zaten opgepakte mannen uit Zuid
Holland en Zeeland, die in Duitsland te werk zouden worden gesteld. Bij die aanval
kwamen vier personen om. Een aantal anderen wisten te ontsnappen en vonden in
de omgeving een onderduikadres. In het midden is een monument voor de Joodse slachtoffers
uit Wierden en omgeving. Het gedenkteken aan de rechterkant herinnert aan de bevrijding
door het Canadese Algonquin Regiment, 9 april 1945. .
| | | | |
versie: 17-02-2021 |