Home ] Terug naar periode 1920-1940 ]Vorige station ] Volgende station ]
   

 

SPEKHOLZERHEIDE / KERKRADE WEST

   
Afkorting: Sph
Maatschappij: Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen (Staatsspoor)
Architect: S. van Ravesteyn
Bouwjaar: 1934
Gesloopt: 1993
Baanvak: Simpelveld-Kerkrade Centrum
   
   

Toen dit station in 1988 werd opgeheven droeg het de naam Kerkrade West, een naam die het station in 1970 had gekregen. Maar voor velen bleef dit vroegere station onder haar oude naam Spekholzerheide in herinnering, vernoemd naar de nabijgelegen gelijknamige wijk in Kerkrade. Een herinnering die mede levend wordt gehouden dankzij museumbedrijf ZLSM, dat op de plaats van het vroegere station een halte heeft met de oude naam Spekholzerheide. Het was één van de zes (!) stations die in de gemeente Kerkrade werden gebouwd, een aantal dat trouwens best opmerkelijk genoemd mag worden. De gemeente heeft namelijk maar een oppervlakte van zo'n 22 vierkante kilometer, de grootste lengte en breedte zijn respectievelijk 6 bij 5,5 km. Station Spekholzerheide stond in het zuidwesten van de gemeente, aan de roemruchte "Miljoenenlijn". Deze spoorlijn tussen Simpelveld en Schaesberg (Landgraaf) kwam in 1934 gereed, maar de (zeer moeizame) geschiedenis van het spoor in dit deel van Kerkrade gaat veel verder terug.
Het Zuid-Limburgse Kerkrade mag worden beschouwd als de bakermat van de Nederlandse mijnbouw. Al in de twaalfde eeuw werden in deze omgeving steenkolen gewonnen in een gebied dat hoorde bij de abdij van Rolduc, de latere Domaniale mijn. Al vanaf het moment dat de allereerste spoorlijn van Limburg -de spoorlijn Maastricht-Aken- in aanleg was, werd al gesproken over een speciale spoorlijn voor kolenvervoer tussen Simpelveld en die Domaniale Mijn. Om de aanleg van die eerste internationale spoorlijn van Nederland te kunnen bekostigen, had de maatschappij die deze liet aanleggen (de AM) het beheer over de Domaniale Mijn verkregen. Bij die overname werd echter wel bedongen dat op korte termijn die zijtak naar de mijn diende te worden aangelegd. Maar toen in 1853 de spoorlijn in gebruik werd genomen lag het beloofde "kolenspoor" er nog niet. Sterker nog, het had er alle schijn van dat de AM probeerde onder die bepaling uit te komen. In 1867 werd de AM echter overgenomen door de GCB en enkele jaren later werd het beloofde spoortje alsnog aangelegd. Maar ook nu leek het erop dat dit met de grootst mogelijke tegenzin werd gedaan, de "spoorlijn" was namelijk volstrekt ongeschikt voor treinverkeer…
Onvoorstelbaar genoeg duurde het tot 1924 voordat er van hogerhand (lees: de Staat) werd ingegrepen. Er werd een wet aangenomen waarin was geregeld dat tussen Simpelveld en Heerlen een volwaardige spoorlijn diende te worden aangelegd en dat er in ieder geval in Kerkrade een station diende te worden gebouwd. De nieuwe spoorlijn diende tot Kerkrade het tracé van het krakkemikkige kolenspoor te volgen, waarna deze in noordelijke richting afboog om tenslotte in Schaesberg aan te sluiten op het reeds bestaande spoor tussen Heerlen en Aken. Het vervolg hierop is genoegzaam bekend; de aanleg ervan werd een lange en vooral zeer kostbare aangelegenheid. De reden dat die kosten zo hoog opliepen lag vooral in het vele grondwerk dat moest worden uitgevoerd. Hoge spoordijken moesten dan ook worden afgewisseld met diepe ingravingen. De Miljoenenlijn werd hierdoor één van de hoogst gelegen spoorlijnen van ons land, een groot deel ervan ligt hoger dan 150 meter NAP. Bovendien werd het spoor in een gebied met mijngangen aangelegd, waardoor er nogal eens verzakkingen optraden. De aanleg van de ruim 12 kilometer lange spoorlijn zou uiteindelijk meer dan 14 miljoen gulden gaan kosten. En toen de lijn in de zomer van 1934 eindelijk gereed kwam, bleek dat ze uitsluitend als goederenlijn gebruikt zou gaan worden!
In Spekholzerheide werd, voornamelijk voor de overslag van steenkolen, een goederenstation aangelegd, compleet met laad/losplaatsen, een rangeerterrein, opstelsporen en een stationsgebouw. Het station lag op een hoogte van plusminus 158 meter en was daarmee gedurende lange tijd het hoogst gelegen station van ons land. Het station was een vroeg ontwerp van architect Van Ravesteyn, van wie nogal eens wordt gezegd dat het "de meest gesloopte architect van Nederland" was. Niet ten onrechte; veel van de door hem ontworpen gebouwen zijn inmiddels al ten prooi gevallen aan de slopershamer. Zo ook dit stationsgebouw. Het was het derde station van de hand van deze architect, die trouwens ook het nabij gelegen station Kerkrade ontwierp. Het stationsgebouw in Spekholzerheide was zeer eenvoudig van vorm en oogde -voor die tijd- erg licht en luchtig. Het station werd vlakbij de mijn Willem-Sophia gesitueerd en lag dus op een gebied met ondergrondse gangenstelsels. Hierdoor moest het gebouw zo licht mogelijk worden geconstrueerd. De basis ervan bestond dan ook uit een staalskelet, iets wat in die tijd nog een vrij nieuwe constructiemethode was.
In de eerste jaren werd de Miljoenenlijn dus uitsluitend als goederenlijn gebruikt en dan met name het gedeelde tussen Simpelveld en Kerkrade, uiteraard voornamelijk voor het kolenvervoer. Station Spekholzerheide vervulde hierbij een centrale rol. Pas in 1949 gingen er ook passagierstreinen rijden. Het stationsgebouw moest hiertoe worden aangepast. Eindelijk had men in dit deel van Kerkrade een volwaardige spoorverbinding met de rest van Nederland. Maar in 1965 besloot de regering dat de Limburgse mijnen gedurende een periode van tien jaar moesten worden gesloten. De Domaniale mijn ging in 1969 dicht, de Willem-Sophia volgde een jaar later.
Vanaf 1970 was het definitief gedaan met het goederenvervoer in Spekholzerheide en nog in datzelfde jaar werd de naam van het station veranderd in Kerkrade West. Het grootste deel van het emplacement werd in 1976 opgeruimd. Feitelijk betekende dit het begin van het einde voor het station, want door het wegvallen van het goederenvervoer was het gedeelte tussen Simpelveld en Kerkrade zwaar verliesgevend geworden. In 1988 viel dan ook het doek voor dit deel van de Miljoenenlijn én voor station Kerkrade West. Al snel raakte het voormalige station zwaar vervallen, niet in de laatste plaats omdat het een "geliefde" hangplek werd. Enkele jaren later ging het stationsgebouw tegen de vlakte. Ook het perron werd opgeruimd. In 2012 werd de voormalige dienstwoning, het laatst overgebleven bouwwerk dat -min of meer- deel uitmaakte van het station, gesloopt. Van het oorspronkelijke station is inmiddels dus niets meer overgebleven, maar toch zijn de sporen ervan nog niet helemaal uitgewist. Zo is het vroegere emplacement makkelijk terug te vinden in het landschap en is de plek waar het stationsgebouw heeft gestaan nog altijd een open vlakte. Maar het meest curieus blijft toch wel de overweg, die pal naast het vroegere station ligt. Want ook al ligt er nog maar één spoortje, de overweg lijkt nog altijd berekend te zijn op de oude situatie…

 
Boven: Station Spekholzerheide was gedurende haar bestaan als reizigersstation het hoogst gelegen station van ons land, namelijk op zo'n 158 meter boven NAP. Alleen het voormalige station Bocholtz, dat even ten zuiden van Simpelveld aan de spoorlijn naar Aken lag, lag nog zo'n 12 meter hoger. Dat station hield overigens in 1944 op te bestaan. Op deze foto uit het begin van de jaren vijftig had het stationsgebouw nog haar (vermoedelijk) oorspronkelijke kleur, dat aanzienlijk donkerder was dan dat het in latere jaren was. Het eilandperron had oorspronkelijk zelfs een overkapping, maar daar hebben de reizigers nauwelijks gemak van gehad. De kap verkeert hier dan ook al duidelijk in een afbraakfase. Nadat de overkapping was gesloopt werd hier een overdekte wachtruimte geplaatst. De naam van het station werd in 1970 veranderd in Kerkrade West en onder die naam werd het ook opgeheven. Dat het gebouw oorspronkelijk als goederen-stationsgebouw werd ontworpen is wel te zien. Een duidelijke ingangspartij ontbreekt en ook heeft het gebouw betrekkelijk weinig ramen, die ook nog eens vrij klein zijn. Het uitbouwtje aan de linkerkant heeft juist wel grote vensters, maar hiervandaan werden dan ook de seinen, wissels en de overweg bediend. Desondanks oogde het gebouw als geheel best licht en luchtig, niet in de laatste plaats vanwege de lichte kleur. De basis van het gebouw werd gevormd door een staalskelet, waar omheen de wanden zijn opgetrokken. Van Ravesteyn had een dergelijke constructie enkele jaren tevoren al toegepast bij station Geleen-Lutterade, dat eveneens op een mijngangenstelsel werd gebouwd. Dat stationsgebouw was zelfs voorzien van een opvijzelinrichting, om zo grondverzakkingen op te kunnen vangen. Of station Spekholzerheide hier ook mee was uitgerust heb ik niet kunnen achterhalen.
 
 
Onder: En dit was de situatie rond 1992. Vier jaar nadat dit station werd gesloten maakt het gebied nu een desolate indruk. Het stationsgebouw is dichtgetimmerd en de sloop zou dan ook niet lang meer op zich laten wachten. Dat gold trouwens ook voor het perron en de abri. Wanneer het stationsgebouw tegen de vlakte is gegaan is niet helemaal duidelijk. Bij mijn weten gebeurde dit in 1993, maar er zijn ook bronnen die aangeven dat het pas rond 1996 werd gesloopt. Rechts van het stationsgebouw is een voormalige dienstwoning te zien. Die woning komen we elders op deze pagina nog een keer tegen...
 
 
 
 
 
 
Onder: Een kleine 15 jaar nadat het stationsgebouw werd gesloopt is de plaats waar deze heeft gestaan nog altijd een kale vlakte. Het enige dat in de tussentijd concreet is veranderd is de bouw van appartementencomplexen, hier prominent op de achtergrond te zien. Let ook op de overweg. Deze foto werd genomen vanuit een rijdende ZLSM-trein en wat vooral opvalt is de forse afstand tussen het spoor en de overwegbomen. Nadat de laatste emplacementsporen waren opgebroken werd de overweg hier niet meer op aangepast. Het lijkt er echter opdat dit alsnog gaat gebeuren. Het gebied bij het vroegere station is "in ontwikkeling", zo zou hier onder andere een school moeten komen. Of de plannen ook daadwerkelijk zijn doorgegaan is mij niet bekend.
 
 
Onder: Het emplacement zag er tot in de jaren zeventig nog vrij imposant uit, lang niet alle sporen zijn in dit schema opgenomen. Het perron ligt op het eerste gezicht op een nogal onlogische plek. Het station was dan ook in de eerste plaats als goederenstation ontworpen, pas in 1949 gingen er ook reizigerstreinen rijden. Het wegvallen van het steenkolenvervoer rond 1970 betekende feitelijk ook het begin van het einde voor dit station.
Onder: Dit huis, dat hoogstwaarschijnlijk een dienstwoning was, stond jarenlang pal tegenover het stationsgebouw. In de zomer van 2008 -want toen werd deze foto gemaakt- stond het al verlaten en dichtgetimmerd bij en inmiddels is het gesloopt. Hiermee verdween het laatst overgebleven bouwwerk dat bij het station hoorde...
 
Onder: Nog wat overblijfsels van het vroegere station. In het stationsgebouw van Simpelveld -waarin museumbedrijf ZLSM een tentoonstellingsruimte heeft ingericht- worden diverse attributen van het voormalige station bewaard én tentoongesteld, zoals een stationsnaambord, de bordjes met daarop de perronnummers en deze richtingborden. Nadat in 1986 de Miljoenenlijn tussen Heerlen en Kerkrade Centrum werd geëlektrificeerd bleef het restant van deze spoorlijn aanvankelijk nog het domein van de dieseltreinen, maar het was al duidelijk dat het einde ervan al snel zou naderen. Op 28 mei 1988 reed de allerlaatste reguliere trein haar dienst tussen Valkenburg en Kerkrade Centrum.
 
 
Onder (links en rechts): De mijn Willem Sophia, hier afgebeeld op een ansichtkaart uit de jaren zestig (links), toen de mijn nog volop in productie was. De Willem-Sophia was één van de vier mijnen die in Kerkrade waren gevestigd, hierbij zijn de twee van Eygelshoven -dat pas in 1982 een deel van Kerkrade werd- niet meegeteld. Kerkrade mag worden beschouwd als de bakermat van de Nederlandse mijnbouw. Al in de twaalfde eeuw werden in deze omgeving steenkolen gewonnen in een gebied dat hoorde bij de abdij van Rolduc, de latere Domaniale mijn. De Willem Sophia werd geopend in 1902 en lag even ten oosten van het station. Opvallend hierbij was dat de later aangelegde spoorlijn dwars door het mijnterrein werd aangelegd. Let ook op de lichte muur, die van links naar rechts over het midden van de kaart loopt. Een deel van deze muur (rechts) staat nog altijd overeind en hierin is inmiddels ook een monument ter herinnering aan de Willem Sophia verwerkt.

 

 

 

  Free counter and web stats versie: 18-10-2013