Het dorp Hoek van Holland is nog relatief
jong. Zij ontstond tijdens het graven van de Nieuwe Waterweg, in
de periode 1866-1872, toen arbeiders daar gehuisvest werden. Het
dorp groeide vervolgens dankzij de bouw van een militair fort en
de aanleg van een haven (de huidige Berghaven). Destijds lag het
gehucht (meer was het nog niet
) in de gemeente 's Gravendeel
en was het letterlijk een "Hoek van Holland". Dit veranderde
echter drastisch dankzij de aanleg van het spoor en de bootverbinding
naar Engeland. Hoek van Holland groeide uit tot een badplaats en
werd, dankzij de bootverbinding, internationaal bekend.
Sinds 1914 maakt Hoek van Holland deel uit van de gemeente Rotterdam.
Het stationsgebouw is dan ook oudste en het enige nog overgebleven
negentiende-eeuwse stationsgebouw van deze havengemeente. Het is
ook het enige nog overgebleven oorspronkelijke stationsgebouw aan
de Hoekse Lijn.
Het station werd in 1893, gelijktijdig met het baanvak Maassluis-Hoek
van Holland, in gebruik genomen. Omdat het station in de eerste
plaats voor de aansluitende veerdienst naar Engeland werd gebouwd,
staat het op de kade van de Nieuwe Waterweg. Het is ook om diezelfde
reden waarom het stationsgebouw zo opvallend groot is.
Jarenlang stond station Hoek van Holland Haven bekend als (internationaal)
havenstation. Dat is ze overigens nog steeds, maar de betekenis
ervan is -helaas- bijna helemaal verdwenen. De allerlaatste internationale
trein vertrok alweer zo'n vijftien jaar geleden, en ook de rechtstreekse
intercityverbinding naar Rotterdam en Amsterdam is allang verleden
tijd.
Naast havenstation is Hoek van Holland ook een grensstation In feite
is het zelfs het enige èchte grensstation van Nederland,
want hier vind nog echt paspoortcontrole plaats. Dit omdat het Verenigd
Koninkrijk geen Schengenland is, in tegenstelling tot de ons omringende
landen.
Alhoewel er al jaren geen internationale treinen meer te zien zijn
en het stationsgebouw in feite onderdeel is van de Stena-terminal
ademt het nog steeds een sfeer van een grensstation. Maar ook dat
van een station waarvan de hoogtijdagen allang verleden tijd zijn,
en het grote stationsgebouw en het (veel te) uitgebreide emplacement
nog slechts tastbare herinneringen aan een rijk verleden
|
|