Home ] [ Terug naar de eerste pagina ] [ Vorige pagina ] [ Volgende pagina ]
  
 
GOES

 

Post en trein vinden elkaar (opnieuw)

     
   
   

Bij de opsomming van de voornaamste verbouwingen op de vorige pagina betrof het enkel de veranderingen aan het stationsgebouw. Hierdoor was de meest ingrijpende vooroorlogse wijziging buiten beschouwing gelaten, namelijk de uitbreiding van het emplacement. Daarbij kreeg het station tevens een nieuw eilandperron, met daarop een bijna 110 meter lange geklonken overkapping. Dat perron werd via een overdekte loopbrug bereikbaar. Ook kwam er een nieuwe locomotievenloods en werd er naast het station een forse watertoren gebouwd. De werkzaamheden vonden rond het jaar 1925 plaats.
Eén van de redenen voor deze verbouwing was het toegenomen treinverkeer. Zo werd de voetbrug vooral gebouwd vanwege de voorbijrazende internationale treinen van en naar Vlissingen. Daarnaast werden er op dat moment drie interlokale tramlijnen aangelegd, die in en bij Goes haar vertrekpunt hadden. Het station werd hierdoor een spoorknooppunt. Al in 1914 was de Spoorweg-Maatschappij Zuid-Beveland opgericht, met als doel de aanleg van meerdere lokaalspoorlijnen in Zuid Beveland. Dit waren de lijnen Goes-Wemeldinge, Goes-Wolphaartsdijkse Veer en Goes-Hoedekenskerke-Goes. Maar door allerlei omstandigheden, waaronder het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog) duurde het nog tot 1927 voordat de genoemde lijnen in gebruik konden worden genomen. Bovendien werden ze uiteindelijk als tramlijnen gebouwd. Dit was eenvoudiger en goedkoper dan een lokaalspoor.
De tramlijnen waren trouwens geen succes, ze werden gebouwd in een tijd dat de autobus reeds haar opmars maakte. De tramlijnen naar Wemeldinge en Wolphaartdijkse Veer werden al na zeven jaar geschrapt. De “Ringlijn” hield het wat langer vol, maar ook deze was zeer onrendabel. Het westelijke deel van die lijn werd later omgebouwd tot goederenspoorlijn voor het nieuwe havengebied Vlissingen Oost. Goederentreinen werden een vertrouwd beeld op station Goes, helemaal toen ook deze stad een eigen goederenlijntje naar haar havengebied kreeg. Die lijn was trouwens geen succes, in de jaren tachtig werd deze opgebroken.
Het oude station Goes  kreeg in de jaren zeventig van de vorige eeuw nog één grote verbouwing. Reeds in de jaren zestig was de stalen loopbrug over de sporen gesloopt en vervangen door een beveiligd overpad. Maar vanuit het oogpunt van veiligheid was dit niet bepaald een ideale oplossing. In 1972 werd daarom het overpad vervangen door een perrontunnel. Deze werd bereikbaar middels een overdekte trap op het eerste perron, opzij van het stationsgebouw. Het leverde een looproute op die als omslachtig werd ervaren. Daarbij moet wel worden opgemerkt dat die tunnel en de bijbehorende trappen op ongeveer dezelfde plek als de vroegere luchtbrug zijn gebouwd. Het bewijst maar weer eens dat beleving aan verandering onderhevig is. Maar voor het stationsgebouw betekende de ingebruikname van het tunneltje het begin van het einde.
In 1973 benaderde de toenmalige PTT de NS, met de vraag of er weer een samenbouw mogelijk was. De combinatie postkantoor/stationsgebouw -zoals een jaar eerder in Steenwijk gereed was gekomen- beviel kennelijk goed, en in Goes moest een nieuw postkantoor worden gerealiseerd. De NS had hier wel oren naar, zij wilden immers al langer van het oude stationsgebouw af. Het voldeed niet meer en ook de bouwkundige staat van het veelvuldig vertimmerde bouwwerk was niet best meer. Ook de gemeente Goes zag wel wat in een dergelijke samenbouw, niet in de laatste plaats omdat er op die manier een behoorlijk omvangrijk “stationsgebouw” zou komen. Om deze nog wat verder te vergroten werd zelfs gedacht aan een soort evenementenhal, of in ieder geval een groot horecabedrijf. Deze zou dan moeten komen op de plaats van hotel Terminus. Alsof dat geen horecabedrijf was…
Die “feestzaal” viel trouwens al snel af. Dit was voor het toenmalige gemeentebestuur kennelijk een domper, vooral nadat bleek hoeveel ruimte NS hoor haarzelf had gereserveerd; niet veel, dus. In feite was een plaatskaartenkantoor, een bescheiden restaurant, wat dienstruimten en een overdekte doorloop naar de trap van de perrontunnel genoeg. Om tegemoet te komen aan het verlangen naar afdoende bouwmassa werd besloten om op het stationsgedeelte twee extra bouwlagen toe te voegen. Hierin kwamen verhuurbare kantoorruimten. Uiteindelijk kwam het nieuwe stationscomplex in het najaar van 1982 gereed, zo’n negen jaar nadat de eerste verkennende gesprekken tussen PTT en NS begonnen...

Boven en onder: Het oude stationsgebouw, zoals het er in de nadagen van haat bestaan uitzag. Van een samenhangend geheel was al heel lang geen sprake meer. De ingang zat wat verstopt in de zijkant van de voorste aanbouw. Dit was een soort tochtportaal, dat op haar beurt weer tegen een andere, grotere aanbouw was geplaatst. Een hekje moest er mede voor zorgen dat men de ingang kon vinden. De foto hieronder laat zien hoezeer het oorspronkelijke gebouw was verknoeid. Ook verkeerde het gebouw bepaald niet meer in goede staat. Vooral dat laatste deed het stationsgebouw uiteindelijk de das om...

.
 
 
 

Onder: Het emplacement in de jaren zeventig. Duidelijk is te zien hoe omvangrijk het toen was. Het goederenvervoer was nog volop aanwezig op het station, het was destijds het rangeerterrein van de Sloehaven. Dit leidde toen al tot overlast, met name de beruchte overweg in de Hertumweg was mikpunt van kritiek. In die tijd klonk al de roep om deze overweg door een tunnel te vervangen. Uiteindelijk kwam die tunnel pas in 2020 gereed, rangerende goederentreinen waren toen al heel lang verleden tijd...

 
 
   
   

Onder: De perronzijde van het oude station. De luifel aan het stationsgebouw werd vermoedelijk in 1874 gebouwd. Ze was namelijk een stuk korter dan de perrongevel, maar aanzienlijk langer dan het oorspronkelijke gebouw uit 1868. De twee later gebouwde zijvleugels werden immers naderhand nog een flink stuk verlengd. Het abri-achtige bouwwerkje aan de rechterkant is de overdekte trap naar de perrontunnel, ook op het eerste perron is zo’n trap te zien.

Onder: In mei 1980 werd begonnen aan de afbraak van het oude station, op deze foto zijn de sloopwerkzaamheden in volle gang. De aanloop naar het nieuwe stationsgebouw was een langdurig proces, bijna zeven jaar lang werden er plannen gemaakt, en werden er delen gewijzigd of zelfs geschrapt. Misschien was dit moeizame proces mede de reden waarom dat het laatste combi-station was met een postkantoor. De bouw van het complex verliep overigens wel voorspoedig...

 
 
   

Onder: Een motorwagen van het type “omC”, vanwege die afkorting ook wel het “Ome Ceesje” genoemd. De twee-assige voertuigen uit de serie 901-910 werden speciaal voor de Spoorweg-Maatschappij Zuid-Beveland gebouwd, maar zouden er niet lang dienstdoen. Nadat ze nog een tijdje in andere delen van het land hebben gereden, viel al voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog het doek voor deze machines. Dit specifieke exemplaar is een replica, het werd in 2018 nagebouwd door en voor het museumbedrijf SGB. De foto is trouwens van origine een kleurenafbeelding. Om beter bij de overige foto’s op deze pagina te laten passen is deze zwart-wit gemaakt.

Onder: Op woensdag 27 oktober 1976 vond nabij ’s-Heer Arendskerke, ten westen van Goes, een ernstig treinongeval plaats. In dichte mist reed een “Hondenkop”-treinstel achterop een goederentrein, die stond te wachten om de Sloelijn op te kunnen gaan. Bij dit ongeval waren helaas zeven doden te betreuren, de ravage was enorm. De VTG-ketelwagens waren op het moment van het ongeval leeg, als ze vol met chemicaliën hadden gezeten was de ramp wellicht niet te overzien geweest. Het ongeval bij Eindewege was het tweede grote spoorongeluk van 1976, in mei vond de treinramp van Schiedam plaats. Beide ongevallen gebeurden door menselijke fouten...

 
 

  Free counter and web stats versie: 23-07-2025