Home ] Terug naar de eerste pagina ] Vorige pagina ] [ Volgende pagina ]
   
 
DEN HELDER

 

Het huidige station -1-

 
   
   

Zoals op de vorige pagina reeds aangegeven was het nieuwe station van Den Helder onderdeel van een groter stedenbouwkundig plan. Daarin werd al -min of meer- bepaald dat het nieuwe station als kopstation uitgevoerd diende te worden. Het idee hierbij was dat dit de twee gescheiden stadsdelen beter zou verbinden. Door het stationsgebouw een zeshoekige vorm te geven werd naar de beide stadshelften een deel van de voorgevel gericht.
Dit laatste werd bedacht door de architect van het station, G.J. van der Grinten. Van der Grinten was toen een jonge, veelbelovende architect, die nog maar net was begonnen toen hij in 1954 de prestigieuze Prix de Rome won. In datzelfde jaar ging Van der Grinten parttime voor de NS werken. Dit zou hij zo'n zes jaar doen. Hierdoor is het aantal stations dat Van der Grinten zou ontwerpen beperkt gebleven. Het enige andere station dat van zijn hand was, is Beverwijk. Ook ontwierp Van der Grinten de markante perronoverkapping van station Schiedam Centrum. Kort hierna trok hij zich terug uit de architectuur, om buitengewoon hoogleraar aan de TU-Delft (die toen nog de Technische Hogeschool heette) te worden. In latere jaren ging Van der Grinten iets totaal anders doen, hij werd vioolbouwer…
Bij de twee stationsgebouwen zijn afgeschuinde wanden zeer kenmerkende elementen. Dat is in Den Helder het duidelijkst zichtbaar, en dat geldt niet alleen voor het stationsgebouw. Ook de -helaas allang gesloopte- goederenloods, het dienstgebouw, de gemetselde omheining en zelfs de eindportalen van de bovenleidingen hebben schuine zijden. Het stationsgebouw heeft een opvallende, zeshoekige vorm, waarbij de schuine zijden de voor- en achtergevel vormen. De rechte zijgevels zijn relatief kort, waardoor het gebouw wat gedrongen overkomt. Dat beeld wordt versterkt doordat grote delen van de voorgevel gesloten gemetselde wanden zijn. het maakt het gebouw wat somber. De zijgevels zijn gelukkig aanzienlijk lichter, met veel glas erin verwerkt. Vensters die in de rechter zijgevel grotendeels dichtgemaakt zijn, trouwens. Het meest bijzondere kenmerk van het gebouw -naast de hoofdvorm- is het unieke dak. Deze bestaat uit twaalf smalle zadeldakjes, die naast elkaar zijn gegroepeerd. Door die vele smalle schuine stroken wordt het nogal eens omschreven als een soort "wafelijzerdak". Van boven is pas goed te zien hoe geraffineerd het dak in elkaar zit; niet alleen de zeshoekige plattegrond van het gebouw was een uitdaging, het dak zelf is ook nog eens flauw hellend. In het dak zijn tientallen ronde lichtkoepeltjes verwerkt, zodat de hal van wat extra daglicht wordt voorzien. Een ander opvallend element is de vrijstaande betonnen klokkentoren, die links naast het stationsgebouw staat. De toren, die tevens als schoorsteen fungeert, heeft een open betonnen constructie en een soort driehoekige plattegrond. Het past perfect bij het stationsgebouw, al schiet de geringe hoogte (zo'n 16 meter) wel wat tekort. Dit geldt trouwens ook voor het stationsgebouw…
De voorgevel is sober en bestaat uit twee delen. In het midden is een verzonken glazen wand, waarin de ingang is verwerkt. Om deze te markeren is er boven een luifel, die tot voorbij het gebouw strekt. Tegenwoordig is er een NS-logo op gemonteerd. Na die ingang komt de reiziger in een ruimte die heden ten dage wat rommelig overkomt. Dit was vroeger wel anders; het was zelfs een ruime hal, met aan de rechterkant de loketten, een kiosk en dienstruimten. Daar tegenover was een restaurant, die tevens over buitenterras beschikte. Het gebouw heeft een ruime kelder, met daarin de fietsenstalling. De toegang hiertoe bevindt zich aan de rechterkant, tussen het stationsgebouw en het dienstgebouw op het eerste perron…

Boven: Het huidige station werd in mei 1958 in gebruik genomen en vierde dit jaar dus haar zestigste verjaardag. Het Helderse station is een ontwerp van G.J. van der Grinten, één van de slechts twee stations die deze architect zelfstandig zou ontwerpen. Vanuit dit standpunt is goed te zien hoe bijzonder de vorm van het gebouw is. De puntige voorgevel en het iets oplopende dak doen wel iets denken aan de boeg van een schip, wat natuurlijk uitstekend past in een havenstad als Den Helder. Schuine lijnen zijn kenmerkend voor de stations van Van der Grinten. Ook bij dat andere station (Beverwijk) komen ze veelvuldig voor, zij het wat minder nadrukkelijk. Het stationsgebouw lijkt van een afstandje vrij klein te zijn, maar dit valt in de praktijk erg mee. Datzelfde geldt ook voor de hoogte van het gebouw, waarbij het op het eerste gezicht niet of nauwelijks opvalt dat het gebouw op perronhoogte is gebouwd. Dit komt doordat het plein voor de ingang wat is opgehoogd. Aan de zijde van het busstation zijn wel degelijk trapjes en een hellingbaan te vinden...
.
 
 
 
Onder: De voorgevel van het stationsgebouw is sober en ook wel een beetje somber. De ingang is wat verdiept, in de punt van de voorgevel, geflankeerd door brede gemetselde wanden. De ingang wordt duidelijk gemarkeerd dankzij een lichte luifel, een welkome afwisseling in de verder wat saaie voorkant. Op de foto is goed te zien dat het met die geringe hoogte wel meevalt. Let ook op het grote venster boven de ingangsluifel, ook hier zijn de glaspanelen in een puntvorm geplaatst...
.
Onder: De linker zijgevel van het stationsgebouw. Hier was vroeger het terras van het stationsrestaurant. Dat restaurant is allang verdwenen, jarenlang zat hier een makelaarskantoor. Sinds enkele jaren heeft de ruimte echter weer een horecabestemming, er zit nu een vestiging van New York Pizza. Of het terras nu ook weer wordt gebruikt is mij niet bekend. Let ook op de opvallende uitgebouwde deur.
.
   
   
Onder: Het station wordt aan de west- en oostzijde afgebakend door gemetselde muurtjes. Die aan de oostzijde is niet de oorspronkelijke. Ze werd gebouwd na de sloop van de goederenloods, die ooit helemaal aan de linkerkant stond. Die markante loods werd in 1993 gesloopt, wellicht vanwege uitbreiding van het busstation. Bovendien was kort tevoren een einde gekomen aan het reguliere goederenvervoer, waardoor de loods niet meer werd gebruikt. Let ook op de bijzondere "eindmasten" van de bovenleidingen. De vorm van die masten is ook terug te vinden bij de stationstoren... (zie ook de volgende foto)
.
Onder: Zoals bij de meeste grotere stations uit de jaren vijftig is ook hier een klokkentoren aanwezig. Het is een opvallend, vrijstaand bouwwerkje, welke tevens de schoorsteen is. Alhoewel het formaat goed in verhouding met het stationsgebouw is, is de hoogte van ongeveer 16 meter (geschat) gering te noemen...
.
 
 
Onder (beide afbeeldingen): De stationshal, zoals ze er ooit uitzag (links) en heden ten dage (rechts). Een groter contrast is haast niet denkbaar. In de oorspronkelijke opzet waren, vanaf de ingang gezien, de loketten aan de rechterkant. Aan die zijde waren ook een krantenkiosk en dienstruimten, er was zelfs een ruimte voor douanebeambten. Aan de linkerkant was het restaurant. Doordat die ruimten wat verder naar de zijkanten waren gesitueerd was her vloeroppervlak van de hal aanzienlijk groter, er was zelfs ruimte voor een binnentuin. Hoe anders is dit nu. Door alle commerciële invullingen is de hal verworden tot een gang tussen de ingang en het perron. De toegangspoortjes -helaas noodzakelijk- maken de ruimte zo mogelijk nog wat onoverzichtelijker. Overigens zijn de beide afbeeldingen gezien in de richting van het perron…
.
 

 

 

  Free counter and web stats versie: 27-12-2018