Home ] Terug naar periode 1965-1985 ]Vorige station ] Volgende station ]
  

 

CASTRICUM

Afkorting:Cas
Maatschappij:Nederlandse Spoorwegen (NS)
Architect:C. Douma
Bouwjaar: 1969
Gesloopt: 2020
Status:Gemeentelijk monument (perronoverkapping)
Baanvak: Uitgeest-Alkmaar
  
  
Op 20 mei 2021 werd het vernieuwde station van Castricum in gebruik genomen. Daarmee kwam een einde aan een bouwperiode die ruim 2,5 jaar duurde en kreeg het station haar derde stationsgebouw. Ruim een jaar geleden ging haar voorganger -het onderwerp van deze pagina- na 51 jaar trouwe dienst tegen de vlakte. Opmerkelijk: Het allereerste stationsgebouw van Castricum hield het 102 jaar vol, dus twee keer zo lang als haar opvolger. Zou dit kunnen betekenen dat Castricum in het jaar 2046 haar vierde stationsgebouw krijgt? De tijd zal het leren…
Het Noord-Hollandse Castricum ligt vlakbij de Noordzeekust, zo'n acht kilometer ten noorden van Beverwijk. Tegenwoordig is het een forenzenplaats, die vooral in de tweede helft van de vorige eeuw flink was gegroeid. Zo'n 160 jaar geleden was het nog een onbeduidend plaatsje. Toch werd het in 1867 op het spoornet aangesloten, waarbij de spoorlijn Alkmaar-Uitgeest vanuit het noordoosten met een grote boog westelijk om het dorp heenloopt en in zuidoostelijke richting verder gaat richting Uitgeest. Het station ligt kreeg een plek in het zuidwestelijke deel van de bocht. Aanvankelijk had het station een zogenoemd "Waterstaatstation" van het type vijfde klasse. Het stationsgebouw dat in april 2020 tegen de vlakte ging was het tweede exemplaar en kwam in 1969 gereed. Het werd gebouwd naar een ontwerp van C. Douma. Anders dan enkele andere Noord Hollandse stations die in dezelfde periode van een nieuw stationsgebouw werden voorzien (Heerhugowaard, Schagen en Anna Paolowna) kreeg Castricum geen -eveneens door Douma ontworpen- standaardgebouw. Dit vanwege een wat uitgebreider programma van eisen. Zo moesten er naast de gebruikelijke loketten en dienstvertrekken ook wat extra winkeltjes en een forse restauratie worden ondergebracht, evenals een VVV-kantoor. Die laatste twee waren vooral van belang voor de toeristen, die het aangrenzende duingebied bezochten. Een standaardgebouw -zelfs die van het formaat "Schagen"- was hiervoor niet geschikt. Maar dit gaf wel een extra uitdaging; het was het einde van de jaren zestig en de NS verkeerde financieel in zeer zwaar weer. Maar ondanks dat investeerde de nationale spoorwegmaatschappij flink, in nieuwe treinstellen, een nieuwe huisstijl en een sterk gewijzigde dienstregeling. Er was hierdoor minder geld beschikbaar voor stations. (zie ook de tekst in de overzichtpagina 1965-1985) Voor het nieuwe stationsgebouw van Castricum betekende dit dat er bezuinigd werd op de bouwmaterialen. Zo werden voor de wanden betonstenen in plaats van de gebruikelijke geglazuurde bakstenen gebruikt, dit gaf het gebouw een wat grauwe aanblik. Bovendien bleek goedkoop maar weer eens duurkoop te zijn; bij dit gebouw waren de onderhoudskosten opvallend hoog. Desondanks had het gebouw een heldere indeling en oogde het van binnen verzorgd, waarbij vooral de wat merkwaardige plafondafwerking direct opviel. Bij de trap naar de perrontunnel was een opvallend kunstwerk te zien. Het was een fraaie voorstelling van het Bakkummer) strandleven, gemaakt door patiënten van de toenmalige naburige instelling "Bosch en Duin". Of dit kunstwerk ook nu nog is te bewonderen is mij niet bekend.
Dat geldt in ieder geval wel voor het carillon, dat decennialang de ingang van het oude stationsgebouw markeerde. Het was een geschenk van het toenmalige gemeentebestuur. In 2012 werd het verwijderd, vanwege de bouw van een nieuwe fietsenstalling. Er werd echter plechtig beloofd dat wanner er een nieuw stationsgebouw zou komen het carillon zou worden teruggeplaatst. En zo geschiede...
Boven: Het inmiddels gesloopte stationsgebouw uit 1969 zag er op het eerste gezicht weinig opzienbarend uit, het deed zelfs wat grauw en smoezelig aan. Toch had het best wel war interessante details. Zo was de ingang in de linker zijgevel. Dit omdat het station aan een drukke, provinciale weg staat, zodoende bleef er nog wat ruimte over voor een klein pleintje. Het stationsgebouw werd hierdoor wat langgerekt. De zijdelings geplaatste ingang had trouwens nóg een voordeel; op deze manier stonden de ingang en de trap naar de perrontunnel in één lijn, wat uiteraard erg handig is bij een station dat voornamelijk door forenzen wordt gebruikt. Opvallend is ook de locatie van het station, ze staat in het uiterste zuidwesten van het dorp, aan de rand van het Noordhollands Duinreservaat. Dit maakt dat het station ook veel door toeristen wordt gebruikt. Met gemiddeld 7500 reizigers per dag is dit één van de drukkere stations aan de spoorlijn Amsterdam-Den Helder. Overigens zal dat aantal reizigers als gevolg van de coronacrisis nu wel aanzienlijk lager liggen...
.
 
 
 
 
Onder: Het eerste stationsgebouw van Castricum werd in 1867 in gebruik genomen, gelijktijdig met de spoorlijn Alkmaar-Uitgeest. Dit is een deel van de Staatsspoorlijn Den Helder-Amsterdam, het stationsgebouw was dan ook een standaardstationsgebouw van het type 5e klasse. Zoals gebruikelijk bij dit type gebouw moest ook dit exemplaar op een gegeven moment worden vergroot, dit gebeurde rond 1912. Daarbij kreeg het een nogal merkwaardige aanbouw, die deels uit twee bouwlagen en deels éénlaags was. het nog wat lagere aanbouwtje werd in 1931 gebouwd, hierin bevond zich de trap naar de perrontunnel. deze foto werd kort voor de afbraak gemaakt. Let ook op de Chevrolet (vermoedelijk een Bel Air uit 1966), die voor het stationsgebouw geparkeerd staat.
.
Onder: Het tweede stationsgebouw werd in het voorjaar van 1969 in gebruik genomen. Ten opzichte van het "Waterstaatgebouw" van voorheen was het gebouw aanzienlijk groter geworden. Naast de loketten en dienstruimten waren er winkeltjes, een restaurant en er was zelfs een VVV-kantoor. De keerzijde was dat er behoorlijk op het bouwbudget moest worden beknibbeld. Zo werd de fietsenstalling zelfs (deels) opgebouwd met betonnen sierblokken, de wanden van het stationsgebouw bestonden uit betonsteen, hout en glas. Het restaurant bevond zich in het rechterdeel van het gebouw. Het had een eigen toegang aan de straatzijde, maar het was uiteraard ook vanuit de hal te bereiken. Ook nu staat er weer een Amerikaanse slee voor het stationsgebouw, zou deze van dezelfde eigenaar zijn geweest als die op de foto hiernaasr..?
.
 
 
Onder (beide foto's): Hoewel de buitenkant van het gebouw anders deed vermoeden zag het interieur van het gebouw er behoorlijk verzorgd uit, waarbij vooral de plafondbekleding direct opviel. Het plaatskaartenkantoor was aan de linkerkant. Station Castricum heeft in ieder geval tot het einde van de jaren negentig bemensde loketten gehad, daarna werd de ruimte een Wizzl. Op deze foto uit 2017 is te zien dat er toen een Kiosk was. Het restaurant bevond zich achter de glazen wand op de achtergrond. Prominent op de voorgrond is de trap naat de perrontunnel te zien, met daarnaast -op de wand van het plaatskaartenkantoor- een opvallend kunstwerk (foto rechtsonder). Het wandkeramiek werd rond 1970 gemaakt door patiënten van de naburige kliniek "Bosch en Duin" en geeft een kleurrijke impressie van het strandleven. Of dit bijzondere kunstwerk ook een plekje kreeg in het vernieuwde station is mij vooralsnog niet bekend...
.
 
 
Onder: Het perron is al sinds jaar en dag bereikbaar via een wat krap ogende tunnel, die al sinds 1931 bestaat. Die onderdoorgang was aanvankelijk te bereiken via een overdekte trap, die als een aanbouw tegen het stationsgebouw was geplaatst. Diezelfde trap bleef gehandhaafd bij het tweede stationsgebouw, dat er letterlijk omheen werd gebouwd. Voor het nieuwe, huidige stationsgebouw werd een nieuwe en bredere trap gebouwd. De tunnel bleef wel bestaan, al is ze inmiddels wel opnieuw betegeld...
.
Onder: Station Castricum heeft één eilandperron, dat tegenwoordig circa 340 meter lang is. Omdat het spoor hier in een ruime boog is aangelegd heeft ook het perron een opvallende, gebogen vorm. Het werd in 1931 in gebruik genomen, vanaf dat moment kon het spoor ook elektrisch worden bereden. In datzelfde jaar werd ook de monumentale overkapping gebouwd, één van de laatste met een klassieke, geklonken constructie, overigens. De perronoverkapping is trouwens een gemeentelijk monument.
.
 
 

 

  Free counter and web stats versie: 4-06-2021