| |
"Merck
toch hoe sterck"
Vanaf de
tweede helft van de negentiende eeuw ontwikkelde Bergen op Zoom zich steeds meer
tot industriestad, waarbij de metaalindustrie een prominente rol innam. Ooit telde
de stad drie ijzergieterijen, die voor flink wat werkgelegenheid zorgden. Nog
meer bepalend was de suikerindustrie, vooral ontstaan dankzij de grootschalige
teelt van suikerbieten in West-Beabant en Zeeland. Het was dan ook logisch dat
juist in deze streek de suikerfabrieken als paddestoelen uit de grond schoten.
In deze fabrieken werden de bieten verwerkt tot suikerproducten. Ook werd er melasse
gemaakt (een bijproduct bij de verwerking van suikerbieten), dat als grondstof
voor producten als drop, roggebrood of veevoer kan dienen. Ook kan uit melasse
alcohol worden gewonnen, waarvan vervolgens spiritus werd gemaakt. Eén
van die suikerfabrikanten, Wittouck genaamd, zag al snel het potentieel van het
spoor en liet al in 1885 een goederenspoorlijn naar zijn fabriek aan de Haven
aanleggen. Dit was de eerste van een serie goederenlijnen die in Bergen op Zoom
zouden worden gebouwd. Uiteindelijk kwamen er twee stamlijnen, één
langs de noordelijke en één langs de zuidelijke rand van de toenmalige
stad. Bergen op Zoom werd op die manier bijna helemaal omsloten door spoorlijnen.
Ook was er een internationale tramverbinding met Antwerpen en er was een tramlijn
naar het Zeeuwse Tholen. Hoewel op die tramlijn ook personenvervoer was, werden
ze vooral aangelegd ten behoeve van
het vervoer van suikerbieten! Terug
naar het station van Bergen op Zoom, dat gedurende de eerste vier decennia van
de twintigste eeuw meerdere keren werd verbouwd. Zo werd rond 1915 het stationsgebouw
onder handen genomen. het middendeel uit 1863 werd een flink stuk naar voren uitgebouwd,
waardoor het gebouw een nieuwe voorgevel kreeg, De twee karakteristieke risalieten
van weleer maakten plaats voor een enkele, excentrisch geplaatste topgevel, die
vanaf dat moment de nieuwe ingang markeerde. Ook het emplacement veranderde meerdere
keren. In 1925 kreeg het station haar eilandperron, compleet met een perronoverkapping.
In die tijd werd trouwens al lang en breed gediscussieerd over het voortbestaan
van het stationsgebouw, dat als weinig representatief werd gezien. Toch werd het
ergens halverwege de jaren dertig andermaal verbouwd, nu kreeg de voorgevel een
extra uitbouw. Het stationsgebouw was inmiddels een wonderlijke ratjetoe van bouwstijlen
geworden. Desondanks zou het nog hierna nog ruim drie decennia stand houden. Merk
toch hoe sterk..! Maar in 1970 kwam dan toch een einde aan een stationsgebouw,
waarvan -eerlijk is eerlijk- de houdbaarheid al heel lang geleden was verstreken.
Er was dan ook weinig tot geen verzet toen de NS bekendmaakte het stationsgebouw
te willen vervangen. Maar het gemeentebestuur was ook op de hoogte van de financiële
toestand van het spoorbedrijf en vreesde dat dit van invloed zou zijn op het nieuw
te bouwen stationsgebouw. Onterecht, want ook de NS vond dat een stad als Bergen
op Zoom een representatief stationsgebouw verdiende, maar dat ze destijds in zwaar
weer zaten was een feit. Mede om die reden werd naarstig gezocht naar een tweede
partij, die een deel van het nieuwe gebouw zou kunnen betrekken. Zodoende kon
toch voor een gebouw met respectabele afmetingen worden gezorgd. In die tijd werd
in Heemskerk een eerste stap gezet in de ontwikkeling van zo'n "combistation",
al was hier eerder sprake van een NS-loket in een supermarkt. Het gebouw was -en
is nog steeds- niet of nauwelijks als stationsgebouw herkenbaar. Op datzelfde
moment werd echter ook gewerkt aan een nieuwe stationsaccommodatie in het Overijsselse
Steenwijk, alwaar een groot deel als postkantoor werd gebruikt. Helaas bleek zo'n
samenbouw in Bergen op Zoom destijds niet haalbaar. Voor het oude, inmiddels zwaar
vervallen stationsgebouw betekende dit geen uitstel van executie en ging het roemloos
tegen de vlakte.
| (Ansichtkaart)
Boven:
Het stationsgebouw, zoals het er in de nadagen van haar bestaan uitzag. Van het
oorspronkelijke gebouw uit 1863 is weinig overgebleven. Rond 1915 werd dit deel
aanzienlijk naar voren toe uitgebouwd en kreeg het een nieuwe gevel, dat voornamelijk
uit glas bestond. De ingang was vanaf dat moment in het gedeelte met de topgevel.
In 1937 werd het gebouw verder uitgebreid met een glazen serre, deze is aan de
rechterkant naast het eindgebouw te zien. Inwoners van Bergen op Zoom waren toen
allang niet meer te spreken over hun stationsgebouw. Toen in 1924 de bouw van
een nieuw eilandperron met overkapping en een nieuwe loods werd aangekondigd vroeg
men zich hardop af of dat geld niet beter aan een nieuw stationsgebouw kon worden
uitgegeven (aldus de Bredasche Courant van 24 juli 1924). In 1941 deed het Noordbrabantsch
Dagblad "Het Huisgezin" er nog een flinke schep bovenop door het gebouw
te vergelijken met een "broeikas, waarin ongetwijfeld komkommers of asperges
werden gekweekt". Wat men toen noch niet wist was dat Bergen op Zoom pas
ruim dertig jaar later een nieuw stationsgebouw zou krijgen... .
| | |
| | | | Onder:
Een aardig, alledaags tafereel; een vader gaat met zijn twee kinderen op stap
en koopt bij het loket de benodigde treinkaartjes. De foto werd in 1951 gemaakt,
duidelijk te zien is dat de hal - zelfs na alle verbouwingen- niet al te groot
was. Vóór 1914 was deze ruimte aanzienlijk kleiner. De pilaar is
vermoedelijk een indicatie waar de oorspronkelijke voorgevel was, maar dit is
een aanname mijnerzijds... .
| Onder:
Het eilandperron, met daarop de monumentale, geklonken overkapping. In het najaar
van 1924 begonnen de werkzaamheden, het jaar daarop kwam het geheel gereed. Naast
de bouw van het perron werd ook het emplacement gewijzigd en uitgebreid en kwam
er een nieuwe goederenloods. Waarschijnlijk was dit het Van Gend en Loos-gebouw.
Op de eerste pagina is deze loods nog net te zien... .
| | | | | Onder:
Een foto uit 1979, gemaakt op de hoek van de Antwerpsestraat en de Zuidsingel.
Op de voorgrond is de zuidelijke stamlijn te zien, die op dat moment nog werd
gebruikt. Deze stamlijn begon (uiteraard) op het goederenemplacement en liep via
de Zuidoost- Zuid- en Zuidwestsingel naar het industrieterrein in het havengebied.
Dit straatspoor bleef tot 1987 in gebruik, maar inmiddels is er niets meer van
het spoorverleden terug te vinden. De bebouwing is trouwens nog wel hetzelfde,
al is het keukenbedrijf allang niet meer op de hoek te vinden
.
| Onder:
Een plattegrondje, waarop (vrijwel) alle spoorlijnen uit het heden en verleden
zijn ingetekend. De noordelijke stamlijn (A) werd in 1900 aangelegd en
zou tot het einde van de jaren vijftig worden gebruikt. De oude zuidelijke stamlijn
(B) was het oudst. Zij werd al in 1885 in gebruikgenomen en werd diverse
keren uitgebreid. Deze goederenlijn zou ruim een eeuw dienstdoen, maar werd in
1987 vervangen door een nieuwe stamlijn (C). Die laatste werd tot het begin
van de huidige eeuw gebruikt, maar is inmiddels alweer enige jaren verleden tijd.
Tot slot is er nog het spoortje naar Philip Morris (D). Deze ligt er nog
altijd, maar wordt al geruime tijd niet of nauwelijks meer gebruikt
.
| | | | |
versie: 21-12-2021 |