|
|
De
stationshal
Decoraties: |
P. Alma (wandschilderingen) |
|
|
Th. van Reijn
(beeld "Terugblik", tegelmozaïek) |
|
|
|
|
De stationshal
is enorm groot, meer dan 20 meter breed en bijna 40 meter lang. Als
de lagere dwarshal, de zijbeuken en dergelijke ook worden meegerekend
komen de totale afmetingen zelfs op ruim 37 bij 58 meter. Toen het
Amstelstation in gebruik werd genomen was het veruit de grootste in
haar soort van ons land. Hoewel de hal qua grootte allang voorbijgestreefd
is door stations als Den Haag Centraal, Utrecht Centraal en het pas
geopende Centraal Station van Rotterdam, is en blijft die van het
Amstelstation een imposante ruimte.
De basis van de hal wordt gevormd voor enorme portaalspanten, waaromheen
de muren zijn gemetseld en waarop de glaswanden en het dak zijn aangebracht.
Wat vooral opvalt is dat de hal erg licht is. Iets dat -uiteraard-
vooral te danken is aan de enorme glaswanden. Maar ook het feit dat
de "bovenste helft" van de hal uit lichte pastelkleuren
bestaat helpt natuurlijk mee, al zijn de spanten tegenwoordig wat
lichter van kleur dan vroeger het geval was. De beide kopwanden zijn
voorzien van een enorme (20 bij 9 meter) en bijzonder fraaie wandschildering
van Peter Alma. De wand boven de doorgang naar de dwarshal en de perrontunnel
toont een allegorische voorstelling over de spoorwegen dat als het
ware de verschillende werelddelen met elkaar verbindt. De oostelijke
wand toont wat meer de geschiedenis van het spoor en dan met name
de ontwikkeling van de (stoom)techniek. De beide muurschilderingen
waren overigens het resultaat van een prijsvraag, waain deze dus als
winnende ontwerpen zijn gekozen. In de jury zaten onder meer de architect
van dit station en de kunstenaar H. Campendonk, die het glas-in-loodvenster
van het Muiderpoortstation heeft gemaakt. Het thema van de wandschilderingen
is passend, niet alleen bij het station, maar ook gezien het feit
dat de spoorwegen in het jaar van opening van het Amstelstation in
ons land haar eeuwfeest vierden. Terugkijken. Dat doet ook het fraaie
natuurstenen beeld, een vrouwenfiguur, dat op een prominente plek
op een sokkel direct naast de trap naar de uitgang richring de tram
staat. Evenals het reliëf aan de oostelijke buitengevel werd
dit sculptuur gemaakt door Theo van Reijn.
Helaas wordt de muurschildering aan de binnenkant van diezelfde kopwand
voor een deel aan het oog getrokken door een nieuw lokettenhok, dat
hier enige jaren geleden werd geplaatst. Oorspronkelijk was het plaatskaartenkantoor
in de noordelijke zijbeuk, dus aan de kant van de hoofdingang. Het
was een bijzonder lokettenfront, met kenmerkende halfronde balies.
De architect hoopte op die manier de doorstroom aan het loket te kunnen
bevorderen. Het was in de eerste plaats dus een praktische oplossing,
maar wel een heel stijlvolle. Aan de andere kant van de hal bevond
zich het restaurant. Na de hoge ontvangsthal kwam de lage dwarshal.
Aan de rechterkant was de babage-afdeling. Liep men rechtdoor, dan
volgde al snel de kaartcontrole. Die was er nog altijd, men had nu
eenmaal een geldig kaartje nodig om naar het perron te mogen, maar
de twee reizigersstromen waren niet meer zostrikt gescheiden. Was
men de kaartcontrole gepasseerd, dan ging men naar één
van de twee perrons via een -zeker voot die tijd- opvallend brede
tunnel.
Er is in de loop van de tijd veel veranderd en verbouwd aan de publieke
ruimten van het station en die veranderingen hebben de hal lang niet
altijd evenveel goed gedaan. Toegegeven, de wandschilderingen zijn
keurig bewaard gebleven (en zelfs geconserveerd!). maar het lokettenfront,
dat juist voor dit station zo karakteristiek was, moest verdwijnen.
Aan het begin van de 21ste eeuw werden de loketten zelfs verplaatst,
zodat op de plek waar ze eerst waren ruimte kwam voor winkels. Ook
de wachtruimte, het restaurant en de bagage afdeling hebben allang
een commerciële invulling gekregen. De ruime stationshal van
weleer is tegenwoordig een soort overdekt winkelcentrum geworden.
Overigens wel met respect voor de monumentale hal. Dat is nog niet
eens zo heel lang geleden wel anders geweest
|
|
Boven:
De afmetingen van de hoge hal mogen er zijn: ongeveer 40 meter
lang, ruim 20 meter breed en zo'n 15 meter hoog (geschat). Toch
lijkt de ruimte, door de goede verhoudingen in de afmetingen,
veel minder groot dan deze in werkelijkheid is. Toen het station
in gebruik werd genomen was de hal veruit de grootste in haar
soort van ons land en bijna twee keer zo groot als dat van station
Maastricht, dat tot dan toe de grootste was. In de afgelopen decennia
is de inrichting en het gebruik van de hal behoorlijk veranderd,
maar tegenwoordig straalt het weer de monumentaliteit van weleer
uit. Ook nu de hal een klein overdekt winkelcentrum is geworden,
waarbij men er voor gezorgd heeft dat de winkels in de zijbeuken
van de hal zijn geplaatst (dat is in het verleden wel eens anders
geweest). En ook die houten banken, die overigens nog niet eens
zo heel lang geleden zijn geplaatst, misstaan eigenlijk helemaal
niet. Dat deed trouwens wel een enorme buis van zo'n veertig meter
lengte dat diagonaal in de hal heeft gehangen. Het was een kunstwerk
van Rudi van de Wint en werd in 1977 geplaatst bij de ingebruikname
van de metro. Een heel lang leven was dit "Ruimtediagonaal"
niet beschoren, want al na een jaar of elf werd deze alweer verwijderd.
Vermoedelijk wordt het maar door héél weinig mensen
gemist...
|
|
|
|
|
|
Onder
(beide afbeeldingen): De hal is in de loop van de tijd behoorlijk
veranderd. Op de linkerfoto de hal zoals deze er oorspronkelijk
uitzag. Een grote en vrij lege ruimte, met aan de rechterkant
de loketten en daar tegenover (hier niet te zien) het restaurant.
Links op de achtergrond is de doorgang naar de dwarshal. Een
overzichtelijk geheel, dus. De loketten hadden halfronde muurtjes.
Alhoewel het als een typisch stijlelement van dit station viel
te beschouwen, had de architect dit echter niet als zodanig
bedoeld. Schelling wilde in de eerste plaats de doorstroming
aan het loket bevorderen. Kennelijk had men grote verwachtingen,
want er waren in die tijd niet minder dan tien loketten. De
rechterfoto dateert uit het begin of het midden van de jaren
tachtig. De hal is inmiddels opgefleurd met planten, waarbij
overigens lang niet iedereen gelukkig was met de vormgeving
van de plantenbakken. Datzelfde gold uiteraard ook voor het
al genoemde "Ruimtediagonaal", dat hier prominent
het beeld doorsnijdt. Op de sokkel van het beeld is inmiddels
een prullenbak gemonteerd, waarbij het kunstwerk wel wat geweld
wordt aangedaan. De loketten hebben hier nog hun karakteristieke
muurtjes, maar aan het einde van de jaren tachtig zou dat veranderen.
Er kwam toen een nieuw lokettenfront, waarbij de karakteristieke
muurtjes helaas het veld moesten ruimen. Het aantal loketten
was overigens toen al aanzienlijk verminderd.
|
|
|
|
|
|
|
Onder:
De muurschildering op de oostelijke wand. Hierop staan de geschiedenis
en de ontwikkeling van de spoorwegen centraal, waarbij diverse
stoomlocomotieven uit de (westerse) wereld zijn afgebeeld. Een
aantal daarvan zijn direct herkenbaar. Aan de linkerkant zijn
dit onder andere een Amerikaanse Norris 4-2-0 uit 1841, de "Arend"
van 1839 en er is nog net een NRS serie 100 te herkennen. Aan
de rechterkant zien de onder meer de beroemde "Rocket"
van George Stephenson uit 1829, een Britse locomotief van het
type Crewe (ook wel bekend als de Buddicom) uit 1845 en een NS
serie 3500 "Blauwe Brabander". Op de voorgrond staan
vijf van de meest vooraanstaande pioniers van het spoor (vlnr:
John Blenkinsop, Marc Séguin, Richard Trevithick, Andrew
Vivian en -uiterst rechts- George Stephenson) en ook James Watt
(tweede van rechts), de uitvinder van de stoommachine, ontbreekt
niet.
|
Onder:
wandschildering op de westelijke wand, boven de doorgang naar
de dwarshal en de perrontunnel. Ook hier is een diversiteit aan
treinen te zien. Ditmaal voornamelijk Nederlands materieel, links
stoom en rechts diesel en elektrisch. De kenner zal hier direct
zien dat het elektrische treinstel het toen gebruikte kleurenschema
van de dieseltrein heeft, en omgekeerd. Uiteraard ontbreekt het
gevleugelde wiel niet. Aan de onderkant zijn diverse herkenbare
gebouwen te herkennen. Links zijn dit bouwwerken uit wat de "oude
wereld" genoemd werd, zoals een Egyptische piramide, de Wat
Aram in Bankok en de Blauwe Moskee van Istanbul. Aan de rechterkant
staan beroemde westerse gebouwen, zoals het Empire State Building
(new York), de Sint Pieter (Rome), de Eiffeltoren en de Notre
Dame (Parijs). De brug aan de linkerkant is zeer waarschijnlijk
de spoorbrug van Quebec (en dus niet de wereldberoemde Forth-brug,
al lijkt deze er wel wat op), die aan de rechterkant is mij niet
bekend. Daaronder staan bekende en typische Nederlandse bouwwerken,
zoals een molen, een watertoren en een ophaalbrug. Verder zien
we de Domtoren, de Munttoren, de Beurs van Berlage en een paar
Amsterdamse grachtenpanden.

|
|
|
|
|
Onder:
Een detail van de oostelijke muurschildering, en wel van de wereldbol.
Hierop staan diverse lijnen, voorstellende de diverse internationale
spoorverbindingen. Eén van die lijnen is de verbinding
tussen Amsterdam en Berlijn. Oorspronkelijk ontbrak deze lijn
op de muurschildering. Alma, zelf een overtuigd socialist, had
deze destijds bewust weggelaten omdat hij fel gekant was tegen
het opkomende nazisme. Op het oog een vrij klein detail, maar
wel één met een politieke boodschap! Het schijnt
dat een glazenwasser die lijn er later alsnog heeft opgeschilderd.
Wanneer dit is gedaan is niet bekend, wellicht dat dit kort na
de bezetting is gedaan.
|
Onder:
Op een prominente plaats in de hal, direct naast de trap naar
de tram, staat dit natuurstenen beeld. "Terugblik" heet
het officieel en het is de tegenhanger van de "Toekomst",
het bronzen haut-reliëf aan de buitengevel. Het werd dan
ook door dezelfde beeldhouwer gemaakt, ditmaal werd het vervaardigd
van grijs Zweeds kalksteen. Oorspronkelijk stond het beeld op
een gemetselde sokkel. Enige jaren geleden werd deze echter met
tegels bekleed, hierbij werd het verlost van die stinkende afvalbak.
Het beeld kreeg eveneens een opknapbeurt, waardoor het een tijdje
niet in de hal te zien is geweest. Met die terugblik werd overigens
gerefereerd aan het eeuwfeest van het Nederlandse spoor, hetzelfde
thema is ook bij de wandschilderingen terug te vinden. Maar het
vrouwenfiguur lijkt inmiddels ook terug te kijken (en misschien
zelfs wel terug te verlangen) naar de tijd dat de hal nog gewoon
een stationshal was. Doordat er nu een felgekleurd lokettenhok
pal naast staat en de aankleding van de hal nu veel drukker is
geworden valt het beeld helaas wat minder op...

|
|
|
|
|
Onder:
In de dwarshal, waar deze overgaat in de hoge hal, is nog een
kunstwerk van Peter Alma te zien. Het is een tegeltableau dat
Alma maakte voor het Marnixbad. Toen dit zwembad en badhuis
in 2004 werd gesloopt en vervangen door nieuwbouw bleef dit
tableau bewaard. Het werd opgeknapt en kreeg enige jaren geleden
haar nieuwe plek. Op zich past het best wel goed bij het station,
ook al heeft het thema van het tableau helemaal niets met het
spoor van doen...
|
|
|
|
|
versie: 28-07-2014 |