|
|
(KOOG-BLOEMWIJK)
|
|
|
|
|
Afkorting: |
Kz (was: Kbw) |
Maatschappij: |
Nederlandse
Spoorwegen (NS) |
Architect: |
C.
Douma |
Bouwjaar:
|
1986 |
Baanvak:
|
Zaandam-Uitgeest |
|
|
|
|
Dit station kent een wat kortere geschiedenis dan de overige stations langs de Zaanlijn, de spoorlijn Amsterdam-Uitgeest, ze bestaat namelijk “pas” sinds 1931. Desondanks is het een station met een interessante historie, het huidige stationsgebouw is alweer het vierde exemplaar én het station is nog niet zo heel lang geleden van naam veranderd. De meeste dagelijkse reizigers zullen er weinig oog voor hebben, de liefhebbers van Surinaams en Indiaas eten evenmin...
Koog aan de |Zaan ligt direct ten noorden van Zaandam, langs de westelijke oever van de Zaan. Tot 1974 was het een zelfstandige gemeente, tegenwoordig is het onderdeel van de gemeente Zaanstad. Het dorp ontstond in de zestiende eeuw, als een soort overloop dan wel uitbreiding voor inwoners uit Westzaan. De grote groei kwam pas in de negentiende en twintigste eeuw, dankzij de komst van (vooral) de voedingsmiddelenindustrie in de Zaanstreek. Honig en Duyvis werden de twee belangrijkste bedrijven in Koog aan de Zaan. De fabriek van Duyvis is nog altijd in bedrijf.
Koog aan de Zaan kreeg in 1869 haar eerste station. Dit is echter niet de hier besproken halte, maar het bijna anderhalve kilometer noordelijker gelegen station Koog-Zaandijk (het huidige station Zaandijk Zaanse Schans). De geschiedenis van dit station begint in 1931, als in dat jaar de elektrificatie van de spoorlijn Amsterdam-Alkmaar gereed komt. Met de komst van snellere elektrische treinen kwam er ruimte om in het snelgroeiende Koog aan de Zaan een extra halte te bouwen. Deze kwam aan de rand van de -toen nog nieuwe- Bloemenwijk te staan, derhalve kreeg het station de naam Koog-Bloemwijk. Het haltegebouwtje was aanvankelijk een zeer eenvoudig, houten onderkomen. Datzelfde gold ook voor het tweede haltegebouw, welke in 1947 gereed kwam. Pas in 1959 kreeg station Koog-Bloemwijk een volwaardig stationsgebouw. Dit werd een standaardgebouw van het type “Vierlingsbeek”, ook wel een “Kloos” genoemd. Vanwege de beperkte ruimte werd bij dit gebouw het brede, uitkragende deel van het dak weggelaten, waardoor het gebouw een geheel eigen (lees: niet bijster fraai) uiterlijk kreeg. Ook ontbrak de kenmerkende, uitgebouwde schoorsteen. De indeling van het gebouw week eveneens wat af ten opzichte van de overige exemplaren van dit type.
Het gebouw zou uiteindelijk maar 27 jaar dienstdoen. De bevolking in de Zaanstreek was enorm toegenomen, waardoor er ten westen van het spoor forse nieuwbouwwijken waren ontstaan. Daarnaast was het westelijke perron (richting Amsterdam) het belangrijkste vertrekperron, het stationsgebouw stond dus eigenlijk aan de verkeerde kant van het spoor. Dit werd aan het begin van de jaren tachtig extra duidelijk, toen de gelijkvloerse oversteek tussen de perrons werd vervangen door een nieuwe tunnel voor fietsers en voetgangers. Het stationsgebouw moest dus verdwijnen. Het maakte plaats voor een nieuw exemplaar, die nu aan de zijde van spoor 2 werd gebouwd. Het was het één na laatste stationsgebouw dat door ingenieur C. Douma is ontworpen, een architect die vooral naam had gemaakt met zijn gestandaardiseerde ontwerpen. Denk hierbij aan de “Standaardtype Douma’s”, en de “Sextanten”, twee standaardontwerpen die tientallen eentonige stationsgebouwen opleverden. Maar juist zijn laatste stationsontwerpen werden allesbehalve standaard. Naar mijn mening is dit station daarbij het fraaiste voorbeeld.
Dat nieuwe stationsgebouw bestaat uit twee aparte delen, aan weerszijden van het spoor, die onderling door de reeds genoemde onderdoorgang zijn verbonden. Het deel langs het westelijke perron is duidelijk het grootst en vormt het hoofddeel van het stationsgebouw. Via een bruggetje over het water is de ingang te bereiken. Van rechts naar links bestond het gebouw oorspronkelijk uit: toilet- en dienstruimten, het plaatskaartenkantoor en aan de linkerkant een opvallende, halfronde wachtruimte. Ook op het tegenoverliggende perron is zo’n halfrond wachthokje te vinden. Deze bevindt zich recht tegenover het andere halfronde gedeelte. Naar verluidt liet Douma zich hierbij inspireren door de Maagdeburger halve bollen, toen dit station ontwierp. Een bijzonder geslaagd detail is de borstwering, die als een soort balustrade om de voorzijde van het station loopt. Aan de andere zijde was deze niet aanwezig, waardoor het dak daar een loze overstek heeft.
Als stationsgebouw heeft het nog geen twintig jaar gefunctioneerd. De opkomst van de kaartautomaat betekende ook voor station Koog-Bloemwijk het onvermijdelijke einde van het loket, al bleef deze op dit station nog tot 2005 bestaan. Na enkele jaren van leegstand kreeg het in 2008 een horecabestemming, en die heeft het gebouw anno 2025 nog steeds. Wel verloor het station haar originele kleurstelling, waarbij het opvallende oranjerood werd vervangen door een minder opvallende blauwe kleur. De naam van het station werd eind 2016 gewijzigd in Koog aan de Zaan. Al in 2010 had de gemeente Zaanstad bij de NS een verzoek ingediend om de namen van twee van haar stations te wijzigen. Met name Koog-Zaandijk zou voor veel toeristen die met de trein naar de Zaanse Schans gaan verwarrend zijn. Na lang aandringen -de NS was aanvankelijk namelijk helemaal niet van plan de naamswijzigingen door te voeren- kreeg de gemeente in de zomer van 2016 haar zin; met het ingaan van de dienstregeling 2017 ging Koog-Zaandijk verder onder de naam Zaandijk Zaanse Schans. Koog Bloemwijk heet vanaf dat moment Koog aan de Zaan.
|
.
Boven en onder: Het huidige stationsgebouw van Koog aan de Zaan werd in 1986 in gebruik genomen, en was het één na laatste station dat door C. Douma werd ontworpen. Na dit station zou alleen nog Leerdam volgen, dat een jaar haar stationsgebouwtje kreeg. Station Koog aan de Zaan bestaat uit twee aparte, tegenover elkaar liggende gebouwtjes, met ieder een halfronde uitbouw. Het eigenlijke stationsgebouw (boven) ligt bijzonder fraai aan -en deels boven- het water, en kan uitsluitend via een bruggetje worden bereikt. De foto hieronder toont het gebouwtje aan het tegenoverliggende perron. Deze is beduidend kleiner, maar heeft ook zo’n halfronde uitbouw. Het station verloor in 2005 haar loket, sinds 2008 heeft het een horecabestemming. De huidige kleurstelling van het station doet helaas wat afbreuk aan het geheel...
.
|
|
|
|
|
|
Onder (beide foto’s): Dit station bestaat sinds 1931. In de allereerste jaren van haar bestaan scheen het station “Koog-Bloemwijck” te hebben geheten, waarbij die extra “c” al heel snel kwam te vervallen. Het huidige station heeft inmiddels haar vierde stationsgebouw. Het eerste gebouwtje was van hout. Tijdens de hongerwinter van 1944/1945 werd het gebouw stukje bij beetje afgebroken. Het hout verdween vervolgens in de haarden van de verkleumde omwonenden. Het gebouwtje dat linksonder staat afgebeeld is het tweede exemplaar en kwam gereed in 1947. Dit bouwwerkje was een nóg korter leven beschoren, na amper 12 jaar werd het vervangen door een stenen gebouw. (rechtsonder) Hoewel het uiterlijk wellicht anders doet vermoeden was dit toch echt een gebouw van het type “Vierlingsbeek”, ook wel een “Kloosje” genoemd. Vanwege de zeer beperkte ruimte werd het uitkragende deel van het dak weggelaten. Het werd er daardoor niet bepaald fraaier op. Ook dit gebouw hield het niet zo heel lang vol, na amper 27 jaar werd het vervangen door het huidige stationsgebouw. En die staat er inmiddels het langst, namelijk al bijna 40 jaar.
|
|
|
|
|
|
|
Onder: Een wat oudere foto van het huidige station, het had hier nog haar originele kleurstelling. Uiteraard springen vooral de oranjerode delen direct in het oog, dit contrasteerde fraai met de zwarte kozijnen en luifels en de lichte wanden. Helaas is de huidige kleurstelling veel minder uitgesproken...
|
Onder: Het interieur van één van de twee halfronde wachtruimten, in dit geval die langs spoor 2 (het eigenlijke stationsgebouw). Ook dit is duidelijk een foto uit de tijd dat het stationsgebouw nog als zodanig in gebruik was. Of de ruimte eventueel ook voor kringgesprekken kon worden gehuurd weet ik niet...
|
|
|
|
|
Onder: Een aardig detail is de borstwering, die vóór het gebouw is geplaatst, waardoor het gebouw een soort bordes heeft.. Hier zijn het bruggetje, de toegang naar het perron, de vroegere ingang van het stationsgebouw (onder de zonwering) en de hellingbaan (de betonnen “bak” (rechts op de foto) te zien. Het brede halfronde dak fungeert hier als luifel. Onder dat dak is zelfs spotverlichting aangebracht, iets wat het gebouw altijd al heeft gehad.
|
Onder: De perronzijde van het huidige station. Ook hier zijn de halfronde wachtruimten zichtbaar, al vielen ze vroeger -dankzij de rode kleur van de dakranden- veel meer op-. Beide perrons zijn voorzien van een bescheiden overkapping van circa 30 meter, waarbij de luifel op spoor 2 wat breder is. Dit omdat de stations accommodatie daar was ondergebracht. In feite heeft dit station dus een “omgekeerde” perronnummering...
|
|
|
|
|
Onder (beide foto’s): De fiets- en voetgangerstunnel onder het spoor en de naastgelegen provinciale weg. Deze onderdoorgang bestaat al wat langer dan het huidige station, ze werd rond 1980 gebouwd. Naast perrontunnel is het ook een verbinding tussen de twee door het spoor gescheiden delen van Koog aan de Zaan. Voor minder validen, die bijvoorbeeld op het tegenoverliggende perron moeten zijn, is de tunnel best wel een uitdaging. De hellingbanen zorgen er namelijk voor dat er vele meters extra moeten worden gemaakt, en het station beschikt (nog) niet over liften. De betegeling in de tunnel is zeer waarschijnlijk later aangebracht. Dat geldt in ieder geval zeker voor de fraaie glaspanelen bij de overdekte trappen. Dit neemt echter niet weg dat de tunnel een nogal smoezelige indruk maakt...
|
|
|
|
|
|
|
versie:
21-08-2025
|