|
|
|
HOORN KERSENBOOGERD
| |
|
|
| |
|
| Afkorting: |
Hnk |
| Maatschappij: |
Nederlandse
Spoorwegen (NS) |
| Type: |
Standaardtype Voorstadshalte |
| Architect: |
J. Bak |
| Decoraties: |
G. Voortman |
| Bouwjaar:
|
1986 |
| Baanvak:
|
Hoorn - Enkhuizen |
| |
|
| |
|
Hoorn is een stad met een lange en rijke geschiedenis. Maar in de eerste helft van de twintigste eeuw was het een wat ingeslapen stadje met zo’n 15.000 inwoners. Dit zou vanaf de jaren zestig radicaal veranderen; de Noord-Hollandse stad was -net als het nabijgelegen Purmerend- van overheidswege aangewezen als groeikern, de stad moest een deel van het overbevolkte Amsterdam “opvangen”. Vanaf de jaren zeventig werden in Hoorn nieuwe woonwijken uit de grond gestampt en begon de stad aan een snelle groei. Dankzij een gemeentelijke herindeling in 1979, waarbij de toenmalige gemeente Zwaag en een deel van de (eveneens toenmalige) gemeente Blokker bij Hoorn werden gevoegd, kon de stad flink gaan uitbreiden. Veruit de grootste wijk werd Kersenboogerd, die in het oosten van de stad werd gebouwd. De naam Kersenboogerd verwijst naar een oude herberg, die in Westerblokker heeft gestaan en onder inwoners van Hoorn erg populair was. Al vrijwel direct na de uitbreiding van het grondgebied van de gemeente begon Hoorn aan de ontwikkeling van de wijk. Enkele jaren later kreeg het al een eigen buurtwinkelcentrum én een eigen station. Deze halte, die de naam Hoorn Kersenboogerd kreeg, werd in 1983 in gebruik genomen. In afwachting van de verdere ontwikkelingen in de wijk was het een zeer eenvoudige halte, gelegen aan de enkelsporige lijn naar Enkhuizen. Wel kreeg het al van meet af aan twee perrons, die via een onderdoorgang zijn te bereiken.
Drie jaar na de opening van de halte kreeg deze een definitief stationsgebouw. Opmerkelijk genoeg werd deze aan het zuidelijke perron gesitueerd, terwijl de meeste dagelijkse reizigers vanaf het noordelijke platform vertrekken. Waarom voor deze opstelling is gekozen is mij niet bekend, wellicht dat de ligging ten opzichte van het buurtwinkelcentrum een rol speelt. Het stationsgebouwtje is een “Standaardtype Voorstadshalte”, ontworpen door ingenieur J. Bak. Het is hetzelfde type én formaat gebouw dat een jaar eerder bij het toen nieuwe station Doetinchem De Huet werd neergezet, het is dus een fractie groter dan het eerder gebouwde exemplaar in Rosmalen. En in tegenstelling tot de Achterhoekse halte -dat slechts één perron heeft- kreeg dit Hoornse nevenstation op het tweede perron weer een wachtruimte in dezelfde stijl als het stationsgebouwtje. Hoorn Kersenboogerd zou het laatste “echte” stationsgebouw van het type “Voorstadshalte” krijgen. Ook is dit station het meest uitgebreid, zo kreeg het aanzienlijk meer perronbeschutting. Opvallend hierbij is dat slechts één perron van een overkapping is voorzien...
Er is in de loop van de tijd een hoop veranderd, vooral op het spoor. In de jaren voordat het station werd gebouwd was het spoor tussen Zaandam en Enkhuizen geëlektrificeerd en was het gedeelte tussen Zaandam en Hoorn in gedeelten dubbelsporig gemaakt. In 1993 volgde het deel tussen Hoorn en Hoorn Kersenboogerd, waardoor er meer treinen naar Hoorn konden rijden. Hoorn Kersenboogerd werd vanaf dat moment het eindpunt voor treinen die niet naar Enkhuizen doorreden. Hiertoe werd ten oosten van het station een wachtspoor aangelegd. Het station kreeg in de periode 2024-2025 een flinke opknapbeurt. Zo werden de perrons vervangen en kregen deze nieuw meubilair. Deze werkzaamheden werden enige maanden geleden afgerond, maar kregen een vervelend staartje. Door ernstige scheurvorming en instortingsgevaar moest de noordelijke trap vanuit de onderdoorgang naar het perron worden afgesloten. Voor de vele dagelijkse reizigers die uit het zuidelijke deel van de wijk komen betekent dit tientallen meters extra lopen. Maandenlang bleef het gestutte deel ogenschijnlijk onaangeroerd, maar als het goed is zijn op het moment van schrijven (december 2025) de herstelwerkzaamheden afgerond.
|
Boven en onder: Dit stationsgebouwtje werd in 1986 in gebruik genomen, het station bestond toen al drie jaar. Het gebouwtje is een “Standaardtype Voorstadshalte”, en is identiek aan het één jaar oudere Doetinchem de Huet. Het was het laatste “echte” stationsgebouw van dit type, in de jaren hierna zouden er alleen nog “Voorstadshaltes” gebouwd worden die alleen qua vorm nog enigszins leken. Van de vier stations die tot dan toe zijn gebouwd (Rosmalen, Oss Wesr, Doetinchem de Huet en dit exemplaar) is deze het meest uitgebreid. Het verwerkt dan ook veruit de meeste dagelijkse reizigers. In het stationsgebouwtje zit trouwens allang geen loket meer, tegenwoordig heeft het een horecafunctie. Onlangs onderging het station een grote verbouwing. De jukkenperrons waren aan vervanging toe. De nieuwe perrons werden iets breder en hoger en kregen tevens nieuw meubilair. Ook werden de wachthokjes vervangen door nieuwe exemplaren. (foto onder)
.
|
|
|
|
|
|
|
Onder (beide foto’s): Sinds enige jaren staan zowel bij het station als in het nabijgelegen winkelcentrum opvallende mozaïekbanken. (foto linksonder) Deze zijn ontworpen door de lokale kunstenaar G. Voortman. Diezelfde Voortman maakte ook een groot mozaïek, welke de onderdoorgang versierd. (foto rechtsonder)
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Onder: De fiets/voetgangerstunnel is het oudste onderdeel van het station. Ze kwam al in 1982 gereed en dient naast een snelle doorgang tussen de buurten aan weerszijden van het spoor tevens als perrontunnel. De wanden van deze “Schakeltunnel”, zoals deze in de buurt wordt genoemd, zijn bekleed met mozaïeken. Deze werden vervaardigd door buurtbewoners, in samenwerking met G, Voortman. Diezelfde kunstenaar ontwierp ook de mozaïekbankjes, die we eerder op deze pagina al tegen kwamen...
|
|
|
|
|
Onder (beide foto’s): Het verschil in perronbeschutting is opvallend groot. Het perron langs spoor 2 (voor de richting Enkhuizen) heeft zelfs een circa 75 meter lange perronluifel. Gek genoeg moet het belangrijkste perron het met aanzienlijk minder beschutting doen. Wel staat er weer een bijgebouwtje, in dezelfde stijl als het stationsgebouw. Tijdens de laatste verbouwing werd het een flink stuk groter. Ook verdween de perrongevel en werden de zijwanden van glas. Vanuit het oogpunt van sociale veiligheid volledig te begrijpen, maar het bouwwerkje raakte daardoor wel veel van haar karakter kwijt...
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Onder: De straatgevel van het perrongebouwtje op het eerste perron. Het gebouwtje bestaat uit een uitwendig stalen skelet, waarop het dak ligt. De gevel bestaat verder uit baksteen en glas. De stalen profielen waren oorspronkelijk NS-geel, maar zijn al jaren geleden wit geschilderd. En eerlijk is eerlijk: het misstaat absoluut niet.
|
Onder: Tijdens de laatste verbouwing trad er plotseling scheurvorming op in de wand naast de trap naar het eerste perron. Vanwege acuut instortingsgevaar werd de trap onmiddellijk afgesloten en werden forse stutten geplaatst. De foto toont de situatie in oktober 2025, maar naar het schijnt zijn er inmiddels herstelwerkzaamheden uitgevoerd.
|
|
|
|
|
versie:
24-12-2025
|