|
|
Veen, fietsen, schaatsen en spoor (1)
STATION
I |
|
|
|
|
|
|
Maatschappij: |
Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen
(Staatsspoor) |
Architect: |
K.H. van Brederode |
Bouwjaar:
|
1868 |
Gesloopt: |
1983 |
|
|
|
|
Vergeleken met de meeste andere Friese plaatsen heeft Heerenveen een betrekkelijk korte geschiedenis. Die begint in het jaar 1551met de oprichting van de Schoterlandse Veencompagnie. Deze naamloze vennootschap -destijds pas de tweede ooit die in ons land is gesticht- was dankzij de heren Van Dekema, Foeijts en Cuijck tot stand gekomen, om in dit deel van Friesland vervening mogelijk te maken. Hiertoe werden twee kanalen gegraven; de Heresloot en de Schotelandse Compagniesvaart. Op het kruispunt van deze kanalen ontstond een nederzetting voor de werklieden, die voor “De Heren van ’t Veen” werkten. De naam Heerenveen was geboren. Het was de allereerste zogenoemde veenkanaaldorp van ons land. Dankzij die vaarwegen en de strategische ligging aan de oude handelsweg tussen Zwolle en Leeuwarden werd Heerenveen al snel meer dan een veenkolonie. Het werd een marktplaats en een regionaal centrum, met name voor de turfhandel.
In de negentiende eeuw was het gedaan met de turfwinning, maar dit betekende niet dat er een terugval was. Integendeel, er waren inmiddels andere inkomstenbronnen aangeboord, die dat gat van de verdwenen turfwinning opvulden. Heerenveen was inmiddels een langgerekt lintdorp geworden en dit bracht een opmerkelijke situatie met zich mee: het dorp was in drie verschillende gemeenten komen te liggen. De kern van Heerenveen lag in de toenmalige gemeente Schoterland. Maar de plaats breidde dusdanig uit dat het ook in de gemeenten Haskerland en Aengwirdum was komen te liggen. Nóg opmerkelijker: pas in 1934 werd de gemeente Heerenveen gevormd en kwam er een einde aan deze bizarre situatie.
Van een eigen gemeente was nog lang geen sprake toen Heerenveen in 1868 een station kreeg aan de spoorlijn Zwolle-Leeuwarden. Dit was een deel van de Staatslijn A, een in opdracht van de Nederlandse Staat gebouwde spoorverbinding tussen Arnhem en de Friese hoofdstad. De aanleg ervan was in 1861 begonnen en januari 1868 was de spoorlijn tot Heerenveen gevorderd. Ruim zeven maanden later werd het eindpunt Leeuwarden bereikt. Het Heerenveense station kwam aan de noordkant van het toenmalige dorp te staan, op het grondgebied van de toenmalige gemeente Haskerland. Omdat Heerenveen aan een Staatslijn ligt kreeg het station een standaard Staatsspoor-stationsgebouw, ook wel een “Waterstaatstation” genoemd. Het was een modernere variant van het derde klasse-gebouw, het type met de kenmerkende afgeschuinde hoeken aan de voorzijde. Dit type werd vooral in de drie noordelijke provincies gebouwd, ook langs de Zaanlijn waren enkele exemplaren te vinden. Voor Heerenveen was het aanvankelijk een opvallend groot gebouw, zeker gezien de grootte van de plaats destijds. Maar juist in die tijd was Heerenveen een snelgroeiend dorp, mogelijk speelde dit gegeven mee in de bepaling van de grootte van een stationsgebouw. Van de drie Staatsspoor stationsgebouwen derde klasse die in Friesland zijn gebouwd was dit het enige exemplaar van het nieuwere type. Het is trouwens ook het enige exemplaar dat is gesloopt.
Aan het einde van de negentiende eeuw werd Heerenveen een belangrijk interlokaal tramstation. In 1882 kwamen zowel de tramlijnen naar Joure, als die naar Gorredijk (later doorgetrokken naar Drachten) gereed. Beide tramlijnen waren van de dezelfde maatschappij, de Nederlandsche Tramweg Maatschappij (NTM), én hadden dezelfde spoorwijdte. Desondanks sloten de twee tramlijnen aanvankelijk niet op elkaar aan, onenigheid tussen de verschillende gemeenten waaronder Heerenveen viel leek hierbij de oorzaak. Ruim een jaar later waren de plooien echter gladgestreken en kon Heerenveen uitgroeien tot het kloppend hart van de NTM…
|
(Ansichtkaart)
Boven: Het eerste Heerenveense stationsgebouw was een modernere versie van het Standaardgebouw derde klasse van Staatsspoor. Het was één van de zes gebouwen van dit type die in het noordoosten van ons land zijn gebouwd, de overige vier stonden langs de Zaanlijn. Het (deels herbouwde) stationsgebouw van het Groningse Zuidbroek het enige exemplaar dat bewaard is gebleven. De afbeelding toont het Heerenveense stationsgebouw zoals het er in de jaren dertig van de twintigste eeuw uitzag. Het was toen al deels witgepleisterd, en aan de voorzijden was een extra aanbouw geplaatst. Aan de linkerkant is nog net een deel van de goederenloods te zien, later vooral bekend als het Van Gend en Loos-gebouw. Het gebouw met de puntdaken is het tramstation, dat in 1931 werd gebouwd. Heerenveen was ooit het hoofdkwartier van de Nederlandsche Tramweg Maatschappij (NTM). Tevens was het een belangrijk knooppunt, met tramlijnen naar Joure, Lemmer en Drachten. Meer dan een halve eeuw waren stoomtrams een vertrouwd beeld in Friesland, maar met het verstrijken der jaren werden ze steeds meer een obstakel. Kort na de Tweede Wereldoorlog was het gedaan met de NTM-trams, ze werden door autobussen vervangen. Omdat de NTM-trams op normaalspoor reden kon een aantal tramlijnen nog een tijd als buurtgoederenspoorlijn worden gebruikt, waaronder de vroegere tramlijn Heerenveen-Lemmer. Het tramstationsgebouw bleef zelfs nog tot ver in de jaren tachtig bestaan, het werd (vrijwel) gelijktijdig met het oude treinstation gesloopt...
.
|
|
|
|
|
|
Onder: Tweemaal het perron, al vraag ik me af of de afbeelding links niet toevallig het tramstation is. Wat vaststaat is dat het stationsemplacement rond 1929 helemaal op de schop is gegaan vanwege de spoorverdubbeling op het traject Wolvega-Leeuwarden. Waarschijnlijk kreeg het station toen haar eilandperron. Maar deze perrongebouwen lijken qua bouwstijl verdacht veel op het tramstationsgebouw, dat ongeveer in dezelfde tijd werd gebouwd. De foto rechts is wel het perron van het Staatsspoor-station. In 1955 werd dit perron van een overkapping voorzien. Het was een “tweedehandsje”, ze werd al in 1934 gebouwd en stond oorspronkelijk op het perron van station Kerkrade Centrum.
.
|
|
|
|
|
|
|
Onder: Even ten zuiden van het station was de spoorbrug over de Veenscheiding, met daarachter Post I. Post I was één van de drie seinhuizen die bij station Heerenveen stonden, de seinhuiswachter van Post I bediende tevens de brug. Het was een handbediende ophaalbrug, die nog met een forse slinger moest worden opengedraaid. De brug werd rond 1920 gebouwd en lag oorspronkelijk over een vaart ergens halverwege Heerenveen en Akkrum. Kort na de Tweede Wereldoorlog werd ze naar de Veenscheiding verplaatst. Ze verving daar een spoorbrug die kort voor de bevrijding door de Duitsers was vernietigd. Deze stalen oeververbinding werd in 1982 gesloopt en vervangen door een vaste, betonnen brug. Via deze link is een unieke film over deze legendarische brug te zien.
.
|
Onder: Batavus is ongetwijfeld het bekendste bedrijf uit Heerenveen, met een geschiedenis die tot 1904 teruggaat. Het begon allemaal in het centrum van Heerenveen, toen een zekere heer Gaastra een handel in naaimachines, uurwerken en fietsen begon. Later nam Gaastra een lokale fietsenbouwer over en ging zelf fietsen produceren. In 1934 werd aan de Parallelweg, schuin tegenover het toenmalige tramstation, een nieuw fabriekspand in gebruik genomen. Naast fietsen werden er een tijd lang ook schaatsen gemaakt. In de tweede helft van de jaren vijftig verhuisde het bedrijf naar een nieuwe locatie, even ten zuiden van Heerenveen. Het voormalige fabriekspand staat er trouwens nog altijd, op het dak van het hoge gedeelte is zelfs nog de originele belettering aanwezig. Het gebouw is een gemeentelijk monument.
.
|
|
|
|
|
Onder: Even ten zuiden van Heerenveen ligt Oudeschoot. Ooit was het een zelfstandig dorp en de hoofdplaats van de gemeente Schoterland, maar is allang overvleugeld door Heerenveen. Oudeschoot had zelfs een eigen station. Aanvankelijk heette de halte Schoterland, maar die naam werd al na enkele jaren gewijzigd in Oudeschoot. In 1890 werd de halte een volwaardig station, met een opvallend fors stationsgebouw. Deze was identiek aan het nog bestaande stationsgebouw van Wolfheze. Station Oudeschoot werd al in 1938 opgeheven, het stationsgebouw zou er nog tot 1967 blijven staan.
.
|
Onder: Vrijwel op dezelfde plek waar eens station Oudeschoot was werd in 1975 de halte Heerenveen IJsstadion gebouwd. Aanvankelijk was het zelfs een reguliere halte, maar al na twee jaar werd deze weer opgeheven. Vervolgens bleef het nog bijna veertig jaar lang een evenementenhalte, uiteraard tijdens belangrijke wedstrijden in het nabij gelegen Thialf. In 2025 kwam hieraan een einde, de kosten voor het instandhouden van de halte waren niet meer op te brengen. Toch bleven de twee perrons tot op de dag van vandaag liggen, alsof het elk moment weer in gebruik kan worden genomen...
.
|
|
|
|
|
versie:
30-10-2024
|