Aan het begin van de huidige eeuw werden in het westen en zuiden van Amsterdam nieuwe spooraansluitingen gerealiseerd, met als doel de luchthaven Schiphol beter bereikbaar te maken. Dankzij de in 2006 gereedgekomen Utrechtboog kan men vanuit de richting Utrecht rechtstreeks naar de nationale luchthaven reizen, zonder eerst in Duivendrecht over te moeten overstappen. Met datzelfde doel kwam drie jaar eerder de Hemboog gereed, waardoor reizigers uit de noordelijke helft van de provincie Noord-Holland niet meer via station Amsterdam Sloterdijk hoefden te reizen. Of toch wel..?
De Hemboog is een ruim drie kilometer lange fly-over. Ze begint ter hoogte van de Seineweg, vlakbij het punt waar de spoorlijnen uit Haarlem en Zaandam samenkomen, en eindigt bij de brug over de Erasmusgracht. Om de bouw mogelijk te maken moest het vroegere station Amsterdam De Vlugtlaan het veld ruimen, dit station werd dan ook in het jaar 2000 gesloopt. (zie ook deze pagina) De Hemboog is in zijn geheel als viaduct gebouwd, omdat zowel de spoorlijn uit Haarlem als de Schiphollijn ongelijkvloers gekruist moesten worden. Ter hoogte van station Amsterdam Sloterdijk bereikt de spoorlijn haar hoogste punt, zo’n dertien meter boven het maaiveld. Op dit punt bevind zicht ook de laatste uitbreiding van dit station.
De bouw van het vijfde treinperron had nogal wat voeten in de aarde. Hoewel de Hemboog al tijdens de ontwerpfase was voorbereid op de bouw van een perron, werd deze als gevolg van bezuinigingen aanvankelijk nog geschrapt. Enkele jaren na de ingebruikname van de Hemboog werd echter alsnog tot de bouw van een perron besloten, maar in de tussentijd bleken bouwvoorschriften behoorlijk te zijn aangescherpt. Er moest opnieuw worden berekend of de spoorviaducten wel sterk genoeg waren om een perron te kunnen dragen. Toen dit positief uitpakte diende zich meteen een ander probleem aan; door de hoge ligging van het spoor en door de omliggende (geplande) bebouwing kon het op het te bouwen perron gevaarlijk hard waaien. Er moest daardoor een volledig gesloten overkapping worden gebouwd, terwijl de ontwerpers eigenlijk van een eenvoudige luifel waren uitgegaan. Om diezelfde reden dienden ook de opgangen naar het perron zo beschut mogelijk te zijn. Vanwege de veiligheid moest het geheel transparant blijven. Daarnaast liggen de viaducten, waartussen het perron en de overkapping moesten komen, niet parallel naast elkaar. Het overdekte deel werd daardoor aan het zuidelijke uiteinde bijna drie meter smaller dan aan de andere kant. Ook moesten perron en perronoverkapping in een bocht worden gebouwd. En dit alles moest met een beperkt bouwbudget worden gerealiseerd.
Het ontwerp kwam op naam van ingenieur E.G. Scheltens, projectarchitecte bij Studio SK (een onderdeel van Movares). Ze ontwierp een bijzondere overkapping. De basis bestaat uit een staalconstructie, met glaspanelen van zogenoemd “koudgebogen glas”, een door Movares ontwikkelde glasplaat. Deze panelen zijn relatief licht, wat essentieel is voor een constructie die zo licht mogelijk moet zijn.
Via de trap, roltrap of lift komt men in een opvallend grote hal. Die beschikt alleen over een kaartautomaat en ov-poortjes, en is dus eigenlijk een grote, loze -maar wel fraai afgewerkte- ruimte. Met een aangename uitstraling, trouwens. Wellicht was de reden voor die grote hal het feit dat dit perron eigenlijk een autonome halte had moeten zijn, deze had dan de naam “Amsterdam Sloterdijk Hemboog” moeten krijgen. Om verwarring te voorkomen koos men er uiteindelijk maar voor om het een onderdeel van station Sloterdijk te maken. De spoornummers 9 en 10 zijn hier het overduidelijke bewijs van. Toch blijft het een wat merkwaardige constructie; een station, waar men voor de richting Purmerend naar een apart gedeelte moet gaan. Illustratief hierbij is een groot bord dat in de hal van het Hemboogperron hangt: voor de sporen 3 tot en met 8 en de sporen 11 en 12, 150 meter lopen… |
Boven en onder: Het meest markante deel van de laatste uitbreiding van het Sloterdijk-station is de glazen overkapping over de sporen 9 en 10. De bouw ervan was een behoorlijke uitdaging. Niet alleen ligt het perron in een bocht, ook wordt de overkapping in zuidelijke richting wat smaller. Het noordelijke uiteinde (foto onder) heeft dan ook een wat rondere vorm. Aan beide uiteinden zijn glaswanden geplaatst, met openingen voor de treinen. Het perron is hierdoor zo optimaal mogelijk beschut tegen weersinvloeden. Met een lengte van ruim 210 meter is dit veruit de langste overkapping van dit station. Ter vergelijking: de kap boven de Schiphollijn is zo’n zestig meter korter. En de drie lage perrons? Die hebben alleen de vloer van het stationsgebouw als beschutting...
. |