[ Home ] [ Terug naar de eerste pagina ] [ Volgende pagina ]

STATIONSHAL EN PERRONKAP

De stationshal is, voor een viaductstation, licht en ruim. Op de "hoeken" van de hal zijn een boek-winkel, loketten, GWK en restaurant gevestigd. Tegen de achterwand zit een bloemenzaak. De loketten zijn, een beetje verstopt, schuin achter in de stationshal. Oorspronkelijk was deze ruimte ingericht voor vijf loketten. Twee daarvan zijn er uiteindelijk in gebruik genomen, twee andere waren "reserve". Het vijfde loket is er nooit gekomen, "reserveloketten" zijn nooit in gebruik genomen. Tegenwoordig heeft het station helemaal geen klassieke loketten meer. Het plaatskaartenkantoor is in 2005 omgebouwd tot kiosk. Het restaurant, al vrij snel na de opening gedegradeerd tot petit-restaurant, is al jaren geleden gesloten. Er is tegenwoordig een Burger-King in gevestigd. Via twee trappen, een roltrap of een lift bereikt men het perron. Het eilandperron wordt overdekt door een grote glazen overkapping. Deze overkapping is 143 meter lang en bijna 50 meter breed. De basis van de kap is, evenals in Breda, Zaandam en Almere Centrum, een MERO-systeem buizenframe. Dit buizenframe staat op vier steunpunten op het perron. Deze steunpunten hebben de vorm van een vlinderdas. De schuine glazen wanden van de perronkap zijn aan achterkant (de kant van de rechtbank) op het spoorviaduct gemonteerd. Hierdoor kan dit gedeelte van de kap eenvoudig gedemonteerd worden, als het station rond 2010 vergroot wordt. De voorkant van de kap rust op een groengekleurde buizenframe, dat de vorm heeft van een deltaligger. Deze deltaligger staat los van het stationsgebouw en rust op rode kolommen. Bij het voormalige restaurant loopt de kap tot aan de grond door. Wat opvalt: de kap rust bijna overal op schanieren en is, afgezien van de achterzijde, maar op een paar punten rechtstreeks aan het gebouw gemonteerd. Hierdoor staat de kap bijna los van het stationsgebouw. Dit is in de eerste plaats gedaan om te voorkomen dat de kap door rijdende treinen letterlijk uit elkaar trilt, maar ook om de werking van staal (staal zet immers uit in warmte en krimpt bij kou) op te vangen. Op twee plaatsen verspringt de kap naar buiten. Tussen de "versprongen" delen van de kap zijn blauwgekleurde roosters ingebouwd. Dit is om luchtverplaatsing door rijdende treinen op het perron tegen te gaan.
	Boven: De perronkap vanaf het uiteinde van het perron.
	Onder:

Onder: Eén van de vier "vlinderdassen"
	Onder: Vanuit de stationshal zicht op de trap en op de overkapping. De twee grote blauwe buizen zijn voor de verwarming.